Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser], eiser,
ProcesverloopBij besluit van 24 mei 2024 (het bestreden besluit) heeft verweerder eisers asielaanvraag afgewezen als kennelijk ongegrond.
Beslissing
Overwegingen
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 5 juli 2024 uitspraak gedaan over de niet-ontvankelijkheid van een asielaanvraag. Eiser, vertegenwoordigd door mr. F.J.M. Schonkeren, had op 24 mei 2024 een asielaanvraag ingediend, die door de minister van Asiel en Migratie was afgewezen als kennelijk ongegrond. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, maar is niet verschenen op de zitting op 5 juli 2024, terwijl de minister zich wel liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, mr. E.H.J.M. de Bonth.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser op 7 juni 2024 met onbekende bestemming is vertrokken. De gemachtigde van eiser heeft op 10 juni 2024 geen recent contact meer kunnen krijgen met eiser en heeft ook geen kennis van zijn verblijfplaats. Gezien deze omstandigheden en recente jurisprudentie, concludeert de rechtbank dat eiser niet langer prijs stelt op de internationale bescherming die hij aanvankelijk zocht. Hierdoor heeft eiser geen belang meer bij de inhoudelijke beoordeling van zijn beroep.
De rechtbank heeft daarom het beroep niet-ontvankelijk verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen één week na bekendmaking bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.