Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[Naam] eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 29 januari 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een aanvullend terugkeerbesluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser, die stelt de Algerijnse nationaliteit te hebben, heeft beroep ingesteld tegen het besluit van 30 december 2023, waarin verweerder heeft bepaald dat eiser terug moet keren naar Marokko. Eiser betwist de rechtsgeldigheid van het besluit en stelt dat het niet zorgvuldig is voorbereid, omdat hij onvoldoende is gehoord en het eerdere terugkeerbesluit van 26 juni 2015 niet in het dossier aanwezig was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het dossier inmiddels compleet is en dat het eerdere terugkeerbesluit is toegevoegd. Hoewel in dat besluit niet expliciet naar welk land eiser moet terugkeren is verwezen, maakt het aanvullende besluit van 30 december 2023 duidelijk dat Marokko het land van terugkeer is. De rechtbank oordeelt dat eiser voldoende gelegenheid heeft gehad om zijn zienswijze te geven tijdens het gehoor op 30 december 2023 en dat er geen omstandigheden zijn die maken dat het eerdere besluit niet meer gevolgd kan worden. Eiser heeft zijn stelling dat hij Algerijns is niet onderbouwd met identificerende documenten, waardoor de rechtbank oordeelt dat verweerder terecht uitgaat van de Marokkaanse nationaliteit van eiser.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan worden aangevochten bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen vier weken na verzending.