ECLI:NL:RBDHA:2024:13416
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen het niet in behandeling nemen van een asielaanvraag op basis van de Dublinverordening
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, wordt het beroep van eiser tegen het niet in behandeling nemen van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd beoordeeld. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag op 30 april 2024 niet in behandeling genomen, omdat Bulgarije verantwoordelijk is voor de aanvraag. De rechtbank heeft de zaak op 4 juni 2024 behandeld, waarbij eiser, zijn gemachtigde, een tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig waren.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat het niet in behandeling nemen van de aanvraag in stand blijft. De rechtbank overweegt dat de Europese Unie gezamenlijke regelgeving heeft over het in behandeling nemen van asielaanvragen, vastgelegd in de Dublinverordening. De staatssecretaris mag een asielaanvraag niet in behandeling nemen als een andere lidstaat verantwoordelijk is. In dit geval heeft Nederland een verzoek om terugname aan Bulgarije gedaan, dat is aanvaard.
Eiser voert aan dat Bulgarije niet langer aan het interstatelijk vertrouwensbeginsel voldoet, omdat hij tijdens zijn verblijf in Bulgarije gedwongen is om zijn vingerafdrukken af te staan en geïntimideerd is door de overheid. De rechtbank oordeelt echter dat het aan eiser is om aannemelijk te maken dat er sprake is van ernstige tekortkomingen in de asielprocedure en opvangvoorzieningen in Bulgarije. De rechtbank concludeert dat eiser niet heeft aangetoond dat hij een reëel risico loopt op een onmenselijke of vernederende behandeling na overdracht aan Bulgarije. De rechtbank wijst erop dat de staatssecretaris toereikend heeft gemotiveerd dat er geen grond is om het asielverzoek onverplicht aan zich te trekken. De rechtbank besluit dat het beroep ongegrond is en dat eiser geen proceskostenvergoeding ontvangt.