ECLI:NL:RBDHA:2024:14524
Rechtbank Den Haag
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betaling griffierecht in asielzaak
Op 12 september 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak AWB 24/12732, waarin eisers, allen van Turkse nationaliteit, beroep hebben ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op hun aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf (MVV). De rechtbank heeft het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard omdat eisers het verschuldigde griffierecht van € 187,- niet hebben betaald. De rechtbank heeft vastgesteld dat eisers op 14 augustus 2024 per aangetekende brief zijn gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht, met de mededeling dat dit binnen twee weken voldaan moest zijn. De aangetekende brief is op 16 augustus 2024 bezorgd, maar eisers hebben het griffierecht niet betaald en hebben geen verontschuldiging voor dit verzuim gegeven.
De rechtbank heeft in haar beoordeling benadrukt dat het niet tijdig betalen van het griffierecht niet verontschuldigbaar is, en dat de wet (artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht) bepaalt dat het beroep niet-ontvankelijk verklaard moet worden in het geval van niet-betaling. De rechtbank heeft geen inhoudelijke beoordeling van het beroep gedaan, aangezien het beroep niet-ontvankelijk is verklaard. Er is ook geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. F. Sijens, rechter, en openbaar gemaakt op rechtspraak.nl. Partijen zijn geïnformeerd over hun recht om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.