2.1.Aan de opvolgende asielaanvraag legt eiser het volgende ten grondslag. Eiser stelt dat hij zijn originele Ghanese paspoort heeft overgelegd. Hiermee heeft hij zijn identiteit, herkomst en nationaliteit aangetoond. Volgens eiser is ten onrechte zijn Ghanese paspoort als niet relevant beschouwd.
3. Verweerder stelt dat eiser geen relevante nieuwe elementen of bevindingen heeft aangevoerd. Eiser heeft een origineel Ghanees paspoort overgelegd met persoonsgegevens die eiser heeft opgegeven tijdens de vorige procedure. Verweerder acht dit document echter niet relevant voor de beoordeling van de asielaanvraag van eiser omdat met dit Ghanese paspoort alleen, in het meest gunstige geval, kan worden onderbouwd dat eiser de Ghanese nationaliteit bezit. Dit doet echter niet af aan het feit dat eiser ook de Zuid-Afrikaanse nationaliteit bezit, zoals in de vorige procedure reeds is vastgesteld. Eiser kan niet met officiële documenten aantonen dat hij de Zuid-Afrikaanse nationaliteit niet bezit. Om die reden wordt het overgelegde Ghanese paspoort als niet relevant beschouwd. Hieruit volgt namelijk niet dat verweerder het asielrelaas van eiser niet heeft kunnen toetsen in het licht van zijn Zuid-Afrikaanse nationaliteit.
Het ligt op de weg van eiser om aan te tonen welke nationaliteit(en) hij heeft en wie hij precies is. Daar is hij niet in geslaagd. Verweerder verklaart de asielaanvraag van eiser niet-ontvankelijk. Het terugkeerbesluit en inreisverbod zijn nog steeds geldig. Ook blijft eiser in grensdetentie.
Wat is het oordeel van de rechtbank in beroep?
4. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond. Hierna legt de rechtbank aan de hand van de beroepsgronden uit, hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Is de beschikking onbevoegd genomen?
5. De rechtbank is van oordeel dat eiser terecht heeft aangevoerd dat met ingang van 2 juli 2024 de bevoegde beslissingsautoriteit in het Nederlandse vreemdelingenrecht is gewijzigd van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid in de minister van Asiel en Migratie. De rechtbank stelt vast dat de beschikking van 25 juli 2024 ten onrechte is opgelegd namens de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Dit is een gebrek. De rechtbank is echter, onder verwijzing naar de uitspraak van de Afdeling van 13 februari 2007, van oordeel dat dit gebrek kan worden gepasseerd met toepassing van artikel 6:22 van de Awb. De beschikking is ondertekend door een ambtenaar die daartoe bevoegd was. Daarnaast is gesteld noch gebleken dat eiser door de onjuiste ondertekening in zijn belangen is geschaad.
Is er sprake van nieuwe relevante elementen en bevindingen?
6. De rechtbank is met verweerder van oordeel dat eiser aan zijn opvolgende asielaanvraag geen nieuwe elementen of bevindingen ten grondslag heeft gelegd die relevant kunnen zijn bij de beoordeling van de aanvraag. Eiser heeft een Ghanees paspoort overgelegd. Bureau Documenten heeft dit Ghanese paspoort origineel bevonden. Verder heeft eiser een kopie schoolcertificaat, een aanbevelingsbrief en een doopcertificaat overgelegd. Deze documenten doen echter geen afbreuk aan het feit dat in eisers eerdere asielprocedure door deze rechtbank en zittingsplaats is geoordeeld dat verweerder er vanuit heeft kunnen gaan dat eisers Zuid-Afrikaanse paspoort echt is en dat eiser de Zuid-Afrikaanse nationaliteit heeft.Juist omdat eiser twee paspoorten heeft, te weten een Ghanese en een Zuid-Afrikaanse met daarin verschillende personalia ligt het redelijkerwijs op zijn weg om aan te tonen welke nationaliteit(en) hij heeft en wie hij precies is. Daarin is hij niet geslaagd. Deze beroepsgrond slaagt niet.
Het verzoek om een voorlopige voorziening
7. De gevraagde voorziening strekt er toe de uitzetting te verbieden totdat is beslist op het beroep. Omdat de rechtbank vandaag heeft beslist op het beroep, is er geen aanleiding tot het treffen van de gevraagde voorziening.