ECLI:NL:RBDHA:2024:18732
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van asielaanvraag door te vroege ingebrekestelling
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 24 oktober 2024, is het beroep van eiser, die een asielaanvraag had ingediend, niet-ontvankelijk verklaard. Eiser had beroep ingesteld omdat de minister van Asiel en Migratie niet tijdig had beslist op zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De rechtbank oordeelde dat de ingebrekestelling van eiser, gedateerd 22 augustus 2024, te vroeg was ingediend. Dit was het gevolg van de inwerkingtreding van WBV 2023/3, die de beslistermijn voor asielaanvragen die zijn ingediend tussen 1 januari 2023 en 1 januari 2024 met negen maanden verlengde. Eiser had zijn aanvraag op 11 oktober 2023 ingediend, waardoor de beslistermijn pas op 11 januari 2025 afliep. De rechtbank concludeerde dat de voorwaarden voor het indienen van een beroep op grond van niet-tijdig beslissen door de verweerder niet waren vervuld, zoals vastgelegd in artikel 6:12, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).