Uitspraak
Echtscheiding met nevenvoorzieningen
Beschikking op het op 31 mei 2023 ingekomen verzoek van:
[de man] ,
[de vrouw] ,
Procedure
- het verzoekschrift, met producties 1 tot en met 6, van de zijde van de man;
- de brief van 20 juni 2023 met als bijlagen het originele betekeningsexploot en de reeds aangekondigde productie 4, van de zijde van de man;
- het verweerschrift met zelfstandige verzoeken, met producties 1 tot en met 7, van de zijde van de vrouw;
- het verweerschrift op de zelfstandige verzoeken tevens vermeerdering van de verzoeken, met producties 7 tot en met 30, van de zijde van de man;
- de brief van 13 juni 2024, met producties 8 tot en met 38, van de zijde van de vrouw;
- de brief van 17 juni 2024, met producties 31 tot en met 33, van de zijde van de man.
Feiten
- De man en de vrouw zijn gehuwd op [huwelijksdag 1] 2000 te [plaats 1] .
- De man en de vrouw zijn eerder met elkaar gehuwd geweest van [huwelijksdag 2] 1993 tot [dag] 1995. Dit huwelijk is ontbonden door inschrijving van de beschikking van de rechtbank Maastricht op 16 maart 1995. De man en de vrouw zijn destijds gehuwd onder het opmaken van huwelijkse voorwaarden, kort gezegd inhoudende uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen, zonder periodiek of finaal verrekenbeding.
- Zij zijn de ouders van twee meerderjarige kinderen.
- Blijkens de uittreksels uit het systeem ingevolge de Wet basisregistratie personen hebben de man en de vrouw beiden in ieder geval de Nederlandse nationaliteit.
- De vrouw verblijft op Aruba in de (voormalige) echtelijke woning van partijen. De man verblijft sinds 1 april 2023 in een huurwoning in België.
- De man en de vrouw hebben hun huwelijkse voorwaarden gewijzigd in een notariële akte houdende wijziging huwelijkse voorwaarden van 17 mei 2000 waarvoor rechterlijke goedkeuring is gegeven, zoals wettelijk vereist was tot 1 januari 2012. Daarin is onder meer bepaald:
De kosten van de gemeenschappelijke huishouding (…) worden voldaan uit de inkomens van de echtgenoten naar evenredigheid daarvan; voor zover deze inkomens ontoereikend zijn, worden deze kosten voldaan uit ieders vermogen naar evenredigheid daarvan. (…)
Verzoek en verweer
Beoordeling
- een eenvoudige gemeenschap, te weten een gezamenlijke bankrekening bij de ING;
- te verrekenen vermogen;
- (vergoedings)vorderingen.
- saldi op de bankrekeningen op naam van de man c.q. de vrouw;
- twee auto’s: Mercedes met kenteken [kenteken 2] en Mercedes met kenteken [kenteken 7] ;
- de aandelen op naam van de vrouw in [bedrijf] N.V.
bedrag van mevr [de vrouw] tbv inrichting woning [woonplaats 1]’. De betaling is volgens de vrouw gedaan op basis van de – uiteindelijk alleen door de vrouw ondertekende – intentieverklaring die is opgesteld ten tijde van de schikkingsonderhandelingen tussen partijen.
- lening bij [naam 3] ;
- lening bij [de vrouw] ;
- aanslag inkomstenbelasting / AZV;
- grondbelastingen, en
- erfpachtbelastingen.
Beslissing
- ieder de op zijn/haar naam staande rekening(en) houdt zonder verrekening van het saldo met de andere partij (‘met gesloten beurzen’);
- ieder de op zijn/haar naam staande auto houdt (de vrouw de Mercedes met kenteken [kenteken 2] en de man de Mercedes met kenteken [kenteken 7] ) zonder verdere verrekening van de waarde (‘met gesloten beurzen’),
- de schuld bij [naam 3] ter hoogte van € 365.000,-;
- de schuld bij [de vrouw] ter hoogte van € 50.000,-;
- de schuld op naam van de man in verband met de aanslagen inkomstenbelasting / AZV ter hoogte van 59.036,51 AWG;