mw. mr. L.L. Benink

De rechtbank gelast de terugkeer van de minderjarige naar Hongarije, oordeelt dat de overbrenging naar Nederland ongeoorloofd was en wijst het verzoek om voorlopige voogdij af.

De rechtbank heeft het verzoek van de vader tot teruggeleiding van de minderjarige naar Kaapverdië afgewezen, oordelend dat de moeder geen toestemming nodig had voor de verhuizing naar Nederland.

De rechtbank heeft het gezamenlijk gezag beëindigd en het eenhoofdig gezag aan de moeder toegewezen, omdat de vader niet bereikbaar is en geen betrokkenheid toont.

De rechtbank wijst het verzoek van de moeder af om de minderjarige naar Italië te laten verhuizen voor school, omdat dit niet in zijn belang is.

De rechtbank heeft het verzoek van de moeder tot vaststellen van een zorgregeling en deskundigenonderzoek afgewezen, omdat contact met de moeder niet in het belang van de kinderen is.

De rechtbank heeft de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij de moeder in Nederland vastgesteld en de erkenning van de Noorse echtscheiding drie maanden aangehouden.

De rechtbank wijst het verzoek tot teruggeleiding van minderjarigen naar Portugal af, omdat hun gewone verblijfplaats niet kan worden vastgesteld. Er is geen sprake van ongeoorloofde overbrenging of vasthouding.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en nevenvoorzieningen getroffen, waaronder een voorlopige zorgregeling, kinderalimentatie van € 262,- per kind, en toestemming voor ID-kaarten en psychologische hulp voor de kinderen.

De rechtbank Den Haag heeft het verzoek van de vader tot teruggeleiding van zijn kinderen naar Polen afgewezen, omdat de kinderen zich verzetten tegen terugkeer en dit hen zou schaden.

De rechtbank gelast de teruggeleiding van de kinderen naar Servië, oordelend dat de moeder haar gezag uitoefende en de vader ongeoorloofd de kinderen in Nederland heeft vastgehouden.

De rechtbank heeft op 1 augustus 2024 de echtscheiding uitgesproken tussen de man en de vrouw, met nevenvoorzieningen en afwikkeling van huwelijkse voorwaarden.

De rechtbank gelast de terugkeer van een minderjarige naar Suriname na ongeoorloofde vasthouding in Nederland. De vader's verweer werd afgewezen; er waren geen weigeringsgronden. Uiterste terugkeerdatum is 16 augustus 2024.

De rechtbank Den Haag heeft in een zaak over internationale kinderontvoering besloten om advies in te winnen over het ouderlijk gezag naar Kaapverdisch recht, alvorens te beslissen over de teruggeleiding van de minderjarige.

De rechtbank heeft het verzoek van de vader om vervangende toestemming voor een vakantie naar Libanon afgewezen, omdat de reis niet in het belang van de kinderen is.

De rechtbank heeft het verzoek om vast te stellen dat de minderjarige het Nederlanderschap bezit afgewezen, omdat de erkenning door de vader nietig was.

De rechtbank heeft het verzoek van de moeder om met haar kind naar Bonaire te verhuizen afgewezen, omdat het belang van het kind zwaarder weegt dan de wens van de moeder.

De rechtbank heeft het verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap afgewezen, omdat verzoeker van rechtswege het Nederlanderschap heeft verloren door de afstandsverklaring van zijn vader.

De rechtbank heeft de echtscheiding tussen de man en de vrouw uitgesproken en partneralimentatie vastgesteld op € 1.115,- bruto per maand, met verdeling van huwelijksgoederen.

Rechtbank Den Haag wijst verzoek van moeder om vervangende toestemming voor verhuizing naar Frankrijk af; hoofdverblijfplaats van minderjarige blijft bij moeder in Nederland met zorgregeling voor vader.

De rechtbank heeft het verzoek van de vader tot teruggeleiding van de minderjarige naar Duitsland afgewezen, omdat de gewone verblijfplaats van de minderjarige in Nederland ligt.

De rechtbank heeft het verzoek van de vader om gezamenlijk gezag afgewezen en de bestaande omgangsregeling bevestigd, met een uitbreiding voor vakanties. Beide ouders zijn bereid deel te nemen aan ouderschapsbemiddeling.

De rechtbank heeft voorlopige voorzieningen toegewezen, waaronder de toevertrouwing van de kinderen aan de vrouw, het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning, en een voorlopige kinderalimentatie van € 615,- per maand.

Rechtbank Den Haag wijst verzoek tot teruggeleiding van minderjarigen naar Libië af, o.a. omdat hun gewone verblijfplaats in Nederland ligt.

De rechtbank ontzegt de vader het recht op omgang met zijn minderjarige kind [naam 1] vanwege ernstig nadeel voor diens ontwikkeling, na verzoek van de moeder.

De rechtbank heeft de voorlopige zorgregeling vastgesteld en het verzoek van de vader tot wijziging van de kinderalimentatie afgewezen. Definitieve beslissingen zijn aangehouden tot 1 april 2024.

De rechtbank spreekt de echtscheiding uit tussen partijen en neemt het echtscheidingsconvenant op in de beschikking, waarbij de eerder verzochte nevenvoorzieningen zijn ingetrokken.

De rechtbank heeft het verzoek van de moeder om vervangende toestemming voor verhuizing met de kinderen afgewezen, omdat de noodzaak en voorbereiding van de verhuizing onvoldoende waren aangetoond.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vrouw bepaald, met een zorgregeling en kinderalimentatie van € 600,- per maand.

De rechtbank heeft in een voorlopige voorziening de vrouw het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning toegewezen en de man verplicht bij te dragen in de kosten van verzorging van de kinderen. Het verzoek om alimentatie voor de jongmeerderjarige is afgewezen.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken, de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vrouw vastgesteld en voorlopige afspraken over kinderalimentatie en zorgregeling gemaakt. De man is verplicht om bij te dragen aan de kosten van de kinderen en IVF-kosten.

Rechtbank Den Haag wijst het verzoek van de vader tot vaststelling van een omgangsregeling met zijn kind af, op advies van de bijzondere curator en de Raad voor de Kinderbescherming.

De rechtbank beëindigt de procedure inzake internationale kinderontvoering na intrekking van verzoeken door de ouders, die overeenstemming hebben bereikt.

De rechtbank heeft de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing afgewezen en de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vader vastgesteld, met een aangepaste zorgregeling.

De rechtbank wijzigt de hoofdverblijfplaats van drie minderjarigen naar de vader en wijst het verzoek tot verlenging van de uithuisplaatsing af, met aanpassing van de zorgregeling.

De rechtbank gelast de terugkeer van de minderjarige [voornaam minderjarige] naar Nederland, oordelend dat de moeder geen toestemming had voor verblijf in India. Proceskosten worden gecompenseerd.

De rechtbank heeft op 29 maart 2022 de machtiging tot uithuisplaatsing van drie minderjarigen bij hun vader toegewezen, gezien de schadelijke situatie bij de moeder.

Civiele zaak over tekortkomingen in de levering van een plantenproductielijn door Viscon aan Zeiler. De rechtbank oordeelt dat Viscon tekort is geschoten en kent schadevergoeding toe aan Zeiler.

Kantonrechter oordeelt dat geen sprake was van spoedeisende zorg bij operatie in het buitenland; vordering tot vergoeding van kosten afgewezen.

Kantonrechter wijst vordering af; geen overeenkomst tussen eiser en gedaagde tot stand gekomen en kosten vallen niet onder gewone gang van huishouding.