Op 20 december 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak betreffende een asielaanvraag. Eiser, vertegenwoordigd door mr. M.S. Yap, heeft beroep ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie, die voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn van 21 maanden, zoals genoemd in artikel 31, vijfde lid, van de Procedurerichtlijn, is overschreden. Hierdoor heeft de rechtbank verweerder opgedragen om zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen twee weken na verzending van de uitspraak, een besluit te nemen op de asielaanvraag. Tevens is er een rechterlijke dwangsom opgelegd van € 100 per dag, met een maximum van € 15.000, voor elke dag dat de termijn wordt overschreden.
De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 437,50. De uitspraak is gedaan zonder zitting en openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie. De rechtbank heeft ook aangegeven dat tegen het niet tijdig nemen van een besluit beroep kan worden ingesteld, mits voldaan wordt aan de wettelijke vereisten. De uitspraak is een belangrijke bevestiging van de rechten van asielzoekers in het kader van tijdige besluitvorming door de overheid.