Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
de Minister van Asiel en Migratie,
(gemachtigde: S.H.F. Pols).
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 18 december 2024 uitspraak gedaan in een procedure over de maatregel van bewaring van een eiser met de Marokkaanse nationaliteit. De minister van Asiel en Migratie had op 6 augustus 2024 de maatregel van bewaring opgelegd op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft bepaald dat een zitting niet nodig was en heeft de zaak op basis van de ingediende stukken beoordeeld.
Eiser stelde dat er geen redelijk vooruitzicht op uitzetting was en dat de minister onvoldoende voortvarend handelde in het verkrijgen van een laissez passer van de Marokkaanse autoriteiten. De rechtbank heeft echter overwogen dat de minister regelmatig contact heeft gehad met de Marokkaanse autoriteiten en dat de uitzetting afhankelijk is van hun werkwijze. Eiser heeft niet aangetoond dat hij voldoende medewerking heeft verleend aan zijn uitzetting, en de rechtbank concludeert dat de maatregel van bewaring rechtmatig was tot het sluiten van het onderzoek.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.