AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Beoordeling van een terugkeerbesluit voor derdelanders uit Oekraïne na beëindiging van tijdelijke bescherming
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 27 maart 2024 wordt het beroep van eiser, een Marokkaanse derdelander die uit Oekraïne is gevlucht, tegen een terugkeerbesluit beoordeeld. Eiser heeft tijdelijke bescherming in Nederland gehad, maar deze bescherming is van rechtswege geëindigd op 4 maart 2024, zoals vastgesteld door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft eiser geen hoorplicht opgelegd voordat het terugkeerbesluit werd genomen, omdat eiser in een eerdere procedure zijn zienswijze had kunnen geven maar dit niet heeft gedaan. De rechtbank concludeert dat het terugkeerbesluit rechtmatig is, aangezien de tijdelijke bescherming van eiser op 4 maart 2024 is geëindigd en er geen ruimte is voor een individuele belangenafweging. Eiser heeft geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd die het terugkeerbesluit zouden kunnen beïnvloeden. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst erop dat eiser geen recht heeft op vergoeding van proceskosten.
Voetnoten
1.Richtlijn 2001/55/EG van de Raad van 20 juli 2001 betreffende minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming in geval van massale toestroom van ontheemden en maatregelen ter bevordering van een evenwicht tussen de inspanning van de lidstaten voor de opvang en het dragen van de consequenties van de opvang van deze personen.
2.Zie de brief van de staatssecretaris aan de Tweede Kamer van 30 maart 2022, Kamerstukken II 2021-2022, 19 637 en 36 045, nr. 2839, en de regeling van de staatssecretaris van 17 augustus 2022, nr. 4123685, Stcrt. 2022, 22623.
3.Kamerstukken II 2021-2022, 19 637 en 36 045, nr. 2945.
4.Zie de regeling van de staatssecretaris van 17 augustus 2022, nr. 4123685, Stcrt. 2022, 22623.
5.Zie de regeling van de staatssecretaris van 1 maart 2023, nr. 4507236, Stcrt. 2023, 7194.
7.COM (2023) 546 final
8.C.A.F.M. Grütters, ‘Een onrechtmatig cadeautje voor de staatssecretaris’,
9.Arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 22 november 2022 (ECLI:C:2022:913) en van 15 februari 2023 (ECLI:C:2023:122).
10.COM(2023) 546 final.
11.Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven.
12.Bijvoorbeeld arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 11 december 2014, ECLI:EU:C:2014:2431 en uitspraak van de Afdeling bestuursrecht van de Raad van State van 15 november 2013, ECLI:NL:RVS:2013:2057. 13.Arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 8 mei 2018, ECLI:EU:C:2018:308, r.o. 105.