Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam eiser] , eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiser op 6 december 2023 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig nemen van een besluit door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn van 21 maanden is overschreden, en dat er geen verweerschrift door de verweerder is ingediend. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat niet is voldaan aan de voorwaarden voor het instellen van beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit. De rechtbank heeft echter ook overwogen dat er bijzondere omstandigheden zijn, waardoor verweerder uiterlijk op 2 april 2024 een beslissing op de asielaanvraag moet nemen. Indien verweerder deze termijn overschrijdt, verbeurt hij een dwangsom van € 100 per dag, met een maximum van € 7.500. Daarnaast heeft de rechtbank de proceskosten van eiser vastgesteld op € 437,50. De uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, rechter, in aanwezigheid van mr. J. de Winter, griffier, en is openbaar gemaakt op 29 maart 2024.