ECLI:NL:RBDHA:2024:5123
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot overbrenging naar Nederland van voormalig medewerker National Directorate of Security
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 21 maart 2024, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn verzoek om overbrenging naar Nederland beoordeeld. Eiser, een voormalig medewerker van de National Directorate of Security (NDS) uit Afghanistan, had verzocht om overbrenging naar Nederland, maar verweerder, de minister van Buitenlandse Zaken, heeft dit verzoek afgewezen. De rechtbank oordeelt dat de afwijzing terecht is, omdat eiser niet behoort tot de groepen waarvoor het kabinet speciale voorzieningen heeft getroffen, zoals vermeld in de Kamerbrief van 11 oktober 2021. Eiser stelt dat hij in aanmerking komt voor overbrenging omdat hij tussen 2009 en 2021 heeft samengewerkt met Nederlandse experts en heeft bijgedragen aan logistieke en militaire processen. Echter, de rechtbank concludeert dat eiser niet voldoet aan de criteria die zijn vastgesteld voor overbrenging, aangezien hij niet is opgeroepen tijdens de acute evacuatiefase en niet kan aantonen dat hij ten minste een jaar substantieel heeft gewerkt voor Defensie of EUPOL. De rechtbank wijst ook het beroep op het gelijkheidsbeginsel en het vertrouwensbeginsel af, en concludeert dat de hoorplicht in de bezwaarfase niet is geschonden. Uiteindelijk wordt het beroep ongegrond verklaard en de rechtbank kent een proceskostenvergoeding toe aan eiser.