ECLI:NL:RBDHA:2024:8588
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- S. Ketelaars - Mast
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de niet-ontvankelijkheid van een asielaanvraag van een statushouder uit Roemenië
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van eiser, een statushouder van Roemeense nationaliteit, tegen het besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser had op 8 november 2023 asiel aangevraagd, maar zijn aanvraag werd op 3 mei 2024 niet-ontvankelijk verklaard op grond van artikel 30a, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000, omdat hij internationale bescherming geniet in Roemenië. De rechtbank heeft de zaak op 29 mei 2024 behandeld en concludeert dat de niet-ontvankelijkverklaring terecht is. Eiser moet terugkeren naar Roemenië, waar hij recht heeft op bescherming en ondersteuning. De rechtbank oordeelt dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een terugkeer naar Roemenië onredelijk maken. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat hij in Roemenië zijn rechten niet kan effectueren of dat hij in een situatie van materiële deprivatie terecht zal komen. De rechtbank wijst erop dat het aan eiser is om zich te wenden tot de Roemeense autoriteiten voor hulp en bescherming. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de beslissing van de Staatssecretaris.