ECLI:NL:RBDHA:2024:9312
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep inzake asielaanvraag en ingebrekestelling
In deze zaak heeft eiser, vertegenwoordigd door mr. G. Ocak, beroep ingesteld tegen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, omdat er niet tijdig is beslist op zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen geen zitting nodig achtten en het onderzoek heeft gesloten zonder verdere behandeling. De rechtbank heeft overwogen dat indien een bestuursorgaan niet tijdig beslist, de betrokkene een ingebrekestelling moet indienen. Eiser heeft zijn asielaanvraag op 6 september 2022 ingediend en op 19 februari 2024 een ingebrekestelling gedaan. Echter, de overdrachtstermijn was nog niet verstreken op het moment van de ingebrekestelling, waardoor deze prematuur was. Dit betekent dat niet is voldaan aan de voorwaarden voor het indienen van beroep wegens niet tijdig beslissen. De rechtbank heeft daarom het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, rechter, en is openbaar gemaakt op 10 juni 2024.