Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser/verzoeker (hierna: eiser),
de minister van Asiel en Migratie, verweerder
Samenvatting
.Hieronder legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Procesverloop
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank kan deze tegenwerping van verweerder niet volgen en licht dat als volgt toe. Eiser heeft toegelicht dat hij heeft verwezen naar de conflicten, omdat deze volgens hem door de religie teweeg zijn gebracht en eiser deze conflicten zwaar tegen staan. Eiser heeft daarnaast in het nader gehoor verschillende verklaringen gegeven over de reden waarom hij ging twijfelen aan de islam en dat hij in een zwaar depressieve periode belandde toen hij meer ging twijfelen aan zijn overtuiging. Eiser heeft verklaard dat hij tot de conclusie is gekomen dat de islam een leugen is. Hij vindt de islam ontoereikend voor antwoorden op zijn levensvragen, zoals waarom mensen op aarde zijn. Ook heeft eiser verteld over de gesprekken die hij voerde met familieleden in de periode waarin hij begon te twijfelen aan de islam en wat voor vragen hij dan stelde aan zijn familie. Eiser verklaart dat hij een hekel heeft aan bijgeloof en dat hij enkel gelooft in wat hij zelf kan waarnemen en in wat tastbaar is. De rechtbank is van oordeel dat eiser met deze verklaringen wel voldoende inzicht heeft gegeven in zijn gedachtegang met betrekking tot zijn twijfels over de islam.
Ook deze tegenwerping volgt de rechtbank niet. Naar het oordeel van de rechtbank heeft eiser wel inzicht in hoe zijn leven is veranderd na zijn afwending. Zo heeft eiser verklaard dat de afwending hem dichterbij de echte wereld en het wetenschappelijke heeft gebracht. Dit heeft eiser toegelicht met verklaringen over hoe zijn gedachten en perspectieven op het leven veranderd zijn. Eiser heeft naar het oordeel van de rechtbank en zeker gelet op zijn jonge leeftijd, veel verklaard over hoe hij de wereld ziet nu hij is afgewend en wat daarvoor heeft gezorgd. Eiser heeft verklaard dat hij zichzelf ziet als realist, ongeacht of verweerder dit schaart onder het atheïsme dan wel het agnosticisme. Eiser heeft aan verweerder voldoende verklaard over wat het voor hem betekent dat hij realist is en hoe dit zijn leven heeft veranderd. Daarom is de rechtbank van oordeel dat verweerder ondeugdelijk heeft gemotiveerd waarom de verklaringen van eiser over de verandering die de afwending met zich meebracht geen inzicht in deze verandering geven.
De rechtbank volgt eiser dat zijn verklaring uit het nader gehoor dat hij aan zijn vader heeft verteld dat hij serieus was over het niet meer willen volgen van de religieuze voorschriften, niet gelijk staat aan het vertellen aan zijn vader dat hij afvallige is en zich heeft afgewend van de islam. Anders dan verweerder, kan de rechtbank in de verklaringen van eiser wel lezen hoe de vader van eiser aan de hand van de gedragingen van eiser, zoals het niet meer volgen van de religieuze voorschriften, wel heeft kunnen afleiden dat eiser afvallige is. De rechtbank volgt daarom ook deze tegenwerping van verweerder niet.
De rechtbank is van oordeel dat eiser met zijn verklaringen wel inzicht heeft gegeven over dit voor hem was. Eiser heeft verklaard dat hij op school in de negatieve aandacht kwam te staan nadat hij zich niet meer aan de religieuze voorschriften hield. Hij kreeg hierdoor slechte gevoelens, zo voelde eiser zich onrustig en niet op zijn gemak. Ook kreeg eiser ruzies en straf op school. Eiser heeft hierdoor uit noodzaak besloten om zich diplomatiek op te stellen. Daarnaast heeft eiser verklaard dat hij mensen op school niet wilde laten weten dat hij afvallige is. De rechtbank is van oordeel dat verweerder onvoldoende gemotiveerd tegenwerpt dat eiser geen inzicht geeft in deze gevoelens. De rechtbank kan daarom ook deze tegenwerping niet volgen.
De rechtbank is van oordeel dat verweerder niet heeft kunnen vinden dat de verklaringen van eiser hierover ontwijkend en summier zijn. Eiser heeft verklaard dat de islam niet toereikend was in het beantwoorden van zijn levensvragen, zoals waarom mensen op de aarde zijn. Eiser heeft een filosofisch boek gelezen, ‘begin maar met waarom’, en aan de hand van dit boek werd eiser nog meer geconfronteerd met wat hij miste binnen de islam. De rechtbank is van oordeel dat verweerder niet zonder verdere motivering de verklaringen van eiser over zijn filosofisch proces dat hij is doorgaan met betrekking tot wat voor hem ontbrak aan de islam, ontwijkend en summier heeft kunnen vinden. Verweerder had daarnaast ook kunnen doorvragen nadat aan eiser in het nader gehoor één vraag is gesteld over of hij iets miste aan de islam, nu verweerder het antwoord op deze vraag summier en ontwijkend vond. De rechtbank kan daarom ook deze tegenwerping niet volgen.