In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres, een Jemenitische vrouw, tegen de afwijzing van haar asielaanvraag en die van haar twee minderjarige kinderen. Eiseres heeft op 3 juni 2023 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, die door de minister op 18 november 2024 als ongegrond is afgewezen. De rechtbank heeft de zaak op 16 april 2025 behandeld, waarbij eiseres, haar gemachtigde, een tolk en de gemachtigde van de minister aanwezig waren. De rechtbank oordeelt dat de minister onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de asielmotieven van eiseres niet zwaarwegend genoeg zijn voor een vluchtelingenstatus. Eiseres heeft verklaard dat zij Jemen heeft verlaten vanwege een onveilige situatie, veroorzaakt door haar schoonfamilie en de Houthi's. De rechtbank concludeert dat de minister de humanitaire situatie in Jemen niet adequaat heeft beoordeeld en dat de belangen van de kinderen niet zijn meegenomen in het besluit. De rechtbank verklaart het beroep gegrond, vernietigt het besluit van de minister en draagt deze op om binnen acht weken een nieuw besluit te nemen, rekening houdend met de belangen van de kinderen.