ECLI:NL:RBDHA:2025:13386
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep inzake niet-ontvankelijkheid door niet-betaling griffierecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 22 juli 2025, wordt het beroep van eiser beoordeeld. Eiser, vertegenwoordigd door mr. F.H. Gart, heeft een beroep ingesteld tegen de Minister van Asiel en Migratie, omdat deze niet tijdig heeft beslist op een aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf voor zijn ouders en broer. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht van € 194 niet is betaald. De rechtbank heeft geen verontschuldigbare redenen gevonden voor het niet betalen van het griffierecht. Eiser is meerdere keren gewezen op de verplichting tot betaling, maar heeft hieraan geen gevolg gegeven. De rechtbank heeft daarom besloten het beroep niet inhoudelijk te beoordelen en verklaart het beroep niet-ontvankelijk. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met deze uitspraak.