Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiser op 20 november 2022 een asielaanvraag ingediend. De minister van Asiel en Migratie heeft op 20 november 2024 de aanvraag niet-ontvankelijk verklaard. Eiser heeft hiertegen op 21 november 2024 beroep ingesteld. De rechtbank heeft op 31 januari 2025 het beroep gegrond verklaard en de minister opgedragen om binnen zes weken een besluit te nemen op de aanvraag. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit. De rechtbank heeft zonder zitting uitspraak gedaan op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Awb. De rechtbank overweegt dat het niet tijdig nemen van een besluit gelijkgesteld wordt met een besluit, en dat eiser rechtsgeldig in gebreke heeft gesteld. De rechtbank constateert dat de beslistermijn van 21 maanden is overschreden en draagt de minister op om zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen twee weken na de uitspraak, een besluit te nemen. Tevens wordt er een dwangsom van € 100 per dag opgelegd voor elke dag dat de termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000. De rechtbank veroordeelt de minister ook in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 453,50.