ECLI:NL:RBDHA:2025:14415
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag Tsjechië
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 28 juli 2025 uitspraak gedaan in de zaken met de nummers NL25.30037 en NL25.30039. Verzoekers, die asiel hebben aangevraagd, hebben tegen de besluiten van de Minister van Asiel en Migratie beroep ingesteld. De minister had op 3 juli 2025 besloten om de aanvragen niet in behandeling te nemen, omdat Tsjechië verantwoordelijk is voor de behandeling van deze aanvragen. Verzoekers hebben de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De zitting vond plaats op 22 juli 2025, maar verzoekers en hun gemachtigde zijn niet verschenen, terwijl de minister zich wel heeft laten vertegenwoordigen. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er inmiddels een uitspraak is gedaan op de beroepen in de aanverwante zaken NL25.30036 en NL25.30038, waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig is.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken om voorlopige voorziening afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, in aanwezigheid van griffier S.N. Lekatompessij, en is openbaar gemaakt op 28 juli 2025. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.