ECLI:NL:RBDHA:2025:15056
Rechtbank Den Haag
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van staatloosheid van verzoekster met Palestijnse afkomst
Op 13 augustus 2025 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van een verzoekster die de vaststelling van haar staatloosheid heeft aangevraagd. De verzoekster, afkomstig uit de Palestijnse Gebieden en Syrië, heeft een verblijfsvergunning asiel in Nederland. In haar verzoekschrift heeft zij aangegeven dat zij staatloos is en heeft zij diverse documenten overgelegd ter ondersteuning van haar claim. De Staat der Nederlanden, vertegenwoordigd door mr. Y.D. Ancion, heeft geadviseerd het verzoek toe te wijzen, wat de rechtbank heeft overgenomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster in Nederland woont en dat zij onmiddellijk belang heeft bij de vaststelling van haar staatloosheid. De rechtbank heeft de relevante landen, namelijk de Palestijnse Gebieden en Syrië, in haar beoordeling betrokken. Uit de overgelegde documenten en het advies van de Staat is gebleken dat verzoekster niet als onderdaan van enige staat kan worden beschouwd. De rechtbank heeft geconcludeerd dat verzoekster staatloos is en heeft haar verzoek toegewezen, maar het verzoek om uitvoerbaarverklaring bij voorraad is afgewezen. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.