mw. mr. H.M. Boone

De rechtbank heeft op 22 oktober 2025 vastgesteld dat verzoekster staatloos is, gezien haar afkomst en verblijf in relevante landen.

De rechtbank verleent een zorgmachtiging voor betrokkene op basis van de Wvggz, geldig tot 8 april 2026, vanwege ernstige psychische klachten en het risico op onvoldoende medicatietrouw.

De Rechtbank Den Haag verleent op 8 oktober 2025 een zorgmachtiging op basis van de Wvggz voor een betrokkene met psychische stoornissen, ter bescherming van zijn geestelijke gezondheid.

De rechtbank heeft de geboortegegevens van [minderjarige 1] vastgesteld en de erkenning door [naam 1] erkend, ondanks dat de buitenlandse geboorteakte niet kan worden erkend.

De rechtbank heeft de adoptie van [minderjarige 1] door verzoekers toegewezen, ondanks het ontbreken van de vereiste beginseltoestemming, omdat dit in het belang van het kind is.

De Rechtbank Den Haag verlengt de termijn voor inschrijving van de akte van afstand in het huwelijksgoederenregister tot 1 oktober 2025, na verzoek van de man in het kader van een echtscheiding.

De rechtbank wijst het verzoek van de vader tot vaststelling van een zorgregeling af, omdat hij onvoldoende inzet toont en niet openstaat voor hulpverlening.

De rechtbank heeft op 8 september 2025 vastgesteld dat verzoekster staatloos is, omdat zij niet als onderdaan van de Palestijnse Gebieden of Syrië kan worden beschouwd.

De Rechtbank Den Haag heeft op 19 augustus 2025 de echtscheiding uitgesproken tussen een vrouw en een man, met afspraken over de afwikkeling van huwelijkse voorwaarden vastgelegd in een proces-verbaal van schikking.

De rechtbank heeft op 13 augustus 2025 vastgesteld dat verzoekster staatloos is, op basis van haar afkomst uit de Palestijnse Gebieden en Syrië.

De Rechtbank Den Haag heeft op 13 augustus 2025 de staatloosheid van verzoekster vastgesteld, die afkomstig is uit Syrië en van Palestijnse afkomst is. Het verzoek is toegewezen op basis van de Wet vaststellingsprocedure staatloosheid.

De rechtbank Den Haag heeft op 12 augustus 2025 een draagmoederschapszaak behandeld, waarbij de erkenning van de minderjarige door [verzoeker 1] is bevestigd en de adoptie door [verzoeker 2] is goedgekeurd. De geboorteakte wordt niet erkend vanwege strijd met de openbare orde.

Draagmoederschapszaak waarbij de rechtbank de biologische vader erkent en de adoptie door de andere verzoeker uitspreekt.

De Rechtbank Den Haag heeft op 12 augustus 2025 de geboortegegevens van een verzoeker zonder geboorteakte vastgesteld, waarbij de geboortedatum op [alternatieve geboortedatum 1] 1994 is vastgesteld.

De rechtbank wijst het verzoek om voortzetting van de crisismaatregel af, omdat er geen onmiddellijk dreigend ernstig nadeel is voor de betrokkene.

De Rechtbank Den Haag spreekt op 31 juli 2025 de echtscheiding uit tussen een man en vrouw van Iraanse afkomst, ondanks het ontbreken van een huwelijksakte.

De rechtbank gelast de terugkeer van een minderjarige van Nederland naar Australië, oordeelt dat de vader geen toestemming heeft gegeven voor verhuizing en dat er geen sprake is van worteling in Nederland.

De rechtbank heeft de vader veroordeeld tot teruggeleiding van de kinderen naar Nederland en tot betaling van proceskosten aan de moeder.

De Rechtbank Den Haag heeft op 27 juni 2025 de geboortegegevens van verzoekster vastgesteld, waarbij de geboortedatum is vastgesteld op [geboortedatum 2] -1967, en andere verzoeken zijn afgewezen.

De rechtbank verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot vaststelling van staatloosheid, omdat hij onder de Richtlijn Tijdelijke Bescherming valt en een asielaanvraag heeft ingediend.

De rechtbank heeft op 12 juni 2025 de staatloosheid van een verzoekster van Palestijnse afkomst vastgesteld, omdat zij door geen enkele staat als onderdaan wordt beschouwd.

De rechtbank heeft een echtscheiding uitgesproken en nevenvoorzieningen zoals kinderalimentatie en partneralimentatie vastgesteld. Geen zorgregeling mogelijk door problematische woonsituatie.

De rechtbank heeft het verzoek van de vader om gezamenlijk gezag afgewezen en de voorlopige omgangsregeling als definitief vastgesteld.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen tot 12 januari 2026 vanwege aanhoudende ontwikkelingsbedreigingen door de complexe scheidingssituatie van de ouders.

De rechtbank heeft op 5 juni 2025 de echtscheiding uitgesproken en nevenvoorzieningen vastgesteld, waaronder partneralimentatie en de verdeling van de huwelijksgemeenschap.

De Rechtbank Den Haag heeft op 5 juni 2025 een echtscheiding uitgesproken tussen een man en een vrouw van verschillende nationaliteiten, met nevenvoorzieningen zoals kinderalimentatie en toedeling van huurrecht.

De kinderrechter heeft op 15 mei 2025 de minderjarige onder toezicht gesteld vanwege zorgen over de opvoedsituatie en schoolontwikkeling, met een duur van één jaar.

De rechtbank heeft het verzoek van de Gemeente Den Haag tot verhaal van bijstandsuitkeringen op [belanghebbende] afgewezen, omdat er geen sprake is van een schenking. De Gemeente is in de proceskosten veroordeeld.

Rechtbank Den Haag stelt vast dat verzoeker staatloos is, omdat hij niet als onderdaan van Palestijnse Gebieden, Syrië of Turkije kan worden beschouwd.

Herstelbeschikking van de Rechtbank Den Haag over zorg- en opvoedingstaken voor minderjarigen, met verbeteringen aan eerdere beschikking.

De rechtbank heeft het verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap afgewezen omdat niet voldaan is aan de termijnvereisten van de Rijkswet op het Nederlanderschap.

De rechtbank wijst het verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap af, omdat nationaliteit enkel kan worden ontleend aan juridisch ouderschap.

Rechtbank Den Haag wijst verzoek af om Nederlanderschap van kinderen vast te stellen; onvoldoende bewijs van familierechtelijke band.

De rechtbank heeft de staatloosheid van verzoekers van Palestijnse afkomst vastgesteld, omdat zij geen nationaliteit hebben van enige staat.

De rechtbank Den Haag heeft het verzoek van de vader tot teruggeleiding van zijn dochter naar de Verenigde Staten afgewezen, omdat de minderjarige zich inmiddels in Nederland had geworteld.

De rechtbank Den Haag gelast de terugkeer van drie minderjarige kinderen naar België, oordelend dat hun vasthouding in Nederland ongeoorloofd was. De moeder's verweer over verzet van de kinderen werd verworpen.

De vordering tot vaststellen van een voorlopige zorgregeling is afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang is en de vader de procedure bij de familierechter kan afwachten.

De rechtbank heeft een voorlopige zorgregeling en kinderalimentatie van € 25,- per maand vastgesteld in een echtscheidingsprocedure tussen de man en de vrouw, waarbij de kinderen in de even weken bij de man verblijven.

De rechtbank verleent vervangende toestemming voor erkenning van [de minderjarige 1] door de vader en bespreekt de zorgregeling en kinderalimentatie.

De rechtbank heeft de erkenning van Oekraïense geboorteakten afgewezen vanwege onzorgvuldigheid in het draagmoederschapstraject, maar de erkenning van de kinderen door de man en de adoptiebeslissing van de vrouw in Duitsland zijn erkend.

De rechtbank heeft de zorg- en opvoedingstaken van twee minderjarige kinderen verdeeld, met de hoofdverblijfplaats van [de minderjarige 1] bij de moeder en [de minderjarige 2] bij de vader. Een netwerkberaad wordt ingesteld voor [de minderjarige 1].

De rechtbank heeft het verzoek tot teruggeleiding van de minderjarige naar Oekraïne afgewezen, gezien het risico op geestelijk gevaar door de oorlogssituatie.

De rechtbank heeft op 17 december 2024 de staatloosheid van een Palestijnse verzoeker vastgesteld, omdat hij door geen enkele staat als onderdaan wordt beschouwd.

De rechtbank Den Haag heeft de verzoeken van de moeder om vervangende toestemming voor verhuizing en inschrijving van [minderjarige] op een basisschool afgewezen, omdat dit niet in het belang van het kind zou zijn.

De rechtbank heeft het verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap afgewezen, omdat verzoeker niet is meegenomen in de naturalisatie van zijn vader en niet voldoet aan de voorwaarden van de Rijkswet op het Nederlanderschap.

De rechtbank wijst het verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap af, omdat verzoekster niet kan aantonen dat haar moeder de Nederlandse nationaliteit had ten tijde van haar geboorte.

De rechtbank heeft het verzoek van verzoekster tot vaststelling van haar Nederlanderschap afgewezen, o.a. omdat zij op 25 november 1975 de Nederlandse nationaliteit had verloren.

Rechtbank Den Haag vernietigt besluit verlenging huisverbod; geen noodzaak tot verlenging vastgesteld. Gemeente Leiden veroordeeld tot proceskostenvergoeding van € 2.187,50.

Rechtbank Den Haag verklaart verzet gegrond voor griffierecht voor onvermogenden; tweede heffing griffierecht onterecht, maar afsplitsing zelfstandige verzoeken correct.

De rechtbank stelt de staatloosheid van verzoeker vast, die van Palestijnse afkomst is en geen nationaliteit kan verkrijgen van Palestina, Syrië of Libanon.