Op 12 augustus 2025 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van een verzoeker die zijn geboortegegevens wilde laten vaststellen. De verzoeker, geboren in Somalië, heeft de Nederlandse nationaliteit verkregen en ondervindt problemen door het ontbreken van een officiële geboortedatum in zijn documenten. De rechtbank heeft kennisgenomen van verschillende stukken, waaronder verzoekschriften en correspondentie van de ambtenaar van de burgerlijke stand. De rechtbank oordeelt dat de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft en dat het verzoek ontvankelijk is. De rechtbank stelt vast dat er geen geboorteakte van de verzoeker in de registers van de burgerlijke stand is en dat de verzoeker niet in het bezit is van een Somalische geboorteakte of identiteitsdocument. De rechtbank komt tot de conclusie dat de verzoeker voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij niet over een akte van geboorte beschikt die door een bevoegde instantie is opgemaakt. De rechtbank besluit om de geboortedatum van de verzoeker vast te stellen op [alternatieve geboortedatum 1] 1994, ondanks de onzekerheid die dit met zich meebrengt. De rechtbank wijst het verzoek om uitvoerbaar bij voorraad te verklaren af, maar stelt de noodzakelijke gegevens voor het opmaken van een geboorteakte vast, waaronder de naam, geboortedatum en geboorteplaats van de verzoeker, evenals de gegevens van zijn ouders.