ECLI:NL:RBDHA:2025:16562

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
4 september 2025
Publicatiedatum
8 september 2025
Zaaknummer
AWB25/14192
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak

Op 4 september 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van een Iraanse verzoeker die een voorlopige voorziening vroeg in verband met zijn plaatsing in een HTLin Hoogeveen door het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COa). Het verzoek was verbonden aan een eerder beroep tegen het besluit van het COa van 7 juli 2025. Tijdens de zitting op 1 augustus 2025 hebben zowel de verzoeker als het COa zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. De rechtbank heeft het onderzoek op de zitting geschorst om partijen de gelegenheid te geven te reageren op de ingebrachte stukken. De verzoeker heeft op 8 augustus 2025 gereageerd, en het COa op 13 augustus 2025, waarbij beide partijen geen nadere zitting wensten. Na sluiting van het onderzoek heeft de voorzieningenrechter op dezelfde dag uitspraak gedaan in een andere zaak, waarbij de beroepen ongegrond zijn verklaard. Hierdoor was de voorlopige voorziening niet meer nodig, en heeft de voorzieningenrechter het verzoek afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB25/14192

uitspraak van de voorzieningenrechter van 4 september 2025 in de zaken [naam]

, verzoeker,

geboren op [geboortedatum]
van Iraanse nationaliteit,
V-nummer: [v-nummer:],
(gemachtigde: mr. L.J. Meijering),
en

het bestuur van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers, het COa,

(gemachtigde: mr. P.A.L.A. van Ittersum).

Procesverloop

1. In deze uitspraak beoordeelt de voorzieningenrechter het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening. Het verzoek van verzoeker is connex aan het beroep van verzoeker gericht tegen het besluit van het COa van 7 juli 2025. In dat besluit heeft het COa besloten om verzoeker vanaf 7 juli 2025 in een HTL [1] in Hoogeveen te plaatsen (het plaatsingsbesluit). [2]
1.1.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening gelijktijdig met het beroep op 1 augustus 2025 op zitting behandeld. Verzoeker en het COa hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. De rechtbank heeft het onderzoek op de zitting geschorst en partijen de gelegenheid gegeven te reageren op de ter zitting ingebrachte stukken.
1.2.
Verzoeker heeft op de stukken gereageerd op 8 augustus 2025. Het COa heeft gereageerd op 13 augustus 2025 en aangegeven geen nadere zitting te wensen. Verzoeker heeft ook op 13 augustus 2025 aangegeven geen nadere zitting te wensen.
1.3.
De voorzieningenrechter heeft het onderzoek vervolgens gesloten.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummers: NL25.31229 en AWB25/14191, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op de beroepen en de beroepen ongegrond verklaard. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. F. Sijens, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. K.E. Mulder, griffier op 4 september 2025 en openbaar gemaakt door middel van gepseudonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
de griffier is buiten staat te tekenen de voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Handhaving- en Toezichtlocatie.
2.Op grond van artikel 10, eerste lid, aanhef en onder h en i, en artikel 11, eerste lid van de Regelingen verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005.