ECLI:NL:RBDHA:2025:17259
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- S.E. van de Merbel
- E.C. Jacobs
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met proceskostenveroordeling
Op 17 september 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. C.H.H.P.M. Kelderman, had verzet aangetekend tegen een eerdere uitspraak van 9 juli 2025, waarin haar beroep tegen het niet in behandeling nemen van haar asielaanvraag ongegrond was verklaard. In het verzet vroeg zij de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, zodat zij niet aan Frankrijk zou worden overgedragen voordat er op het verzet was beslist.
De rechtbank heeft het verzoek op 14 augustus 2025 behandeld, waarbij de verzoekster, haar gemachtigde, de gemachtigde van de verweerder, en een tolk aanwezig waren. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat, gezien de uitspraak van vandaag in een andere zaak (NL25.27172), het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer nodig was. Daarom werd het verzoek als kennelijk ongegrond afgewezen.
Desondanks heeft de voorzieningenrechter besloten om de verweerder te veroordelen in de proceskosten die door de verzoekster zijn gemaakt. Deze kosten zijn vastgesteld op € 907, gebaseerd op het Besluit proceskosten bestuursrecht. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.