Op 30 juli 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak over een naheffingsaanslag parkeerbelasting. Eiser, vertegenwoordigd door mr. N.G.A. Voorbach, had een naheffingsaanslag ontvangen van de gemeente Den Haag, omdat zijn auto op 3 oktober 2024 geparkeerd stond zonder dat er parkeerbelasting was voldaan. De gemeente handhaafde de naheffingsaanslag na een bezwaar van eiser. Eiser stelde dat hij binnen de toegestane parkeerduur van 120 minuten had geparkeerd en dat de naheffingsaanslag daarom onterecht was opgelegd. De rechtbank oordeelde dat de aanmeldduur van 120 minuten niet gelijkstaat aan de maximale parkeerduur. Eiser had na het verstrijken van de aanmeldduur opnieuw parkeerbelasting moeten voldoen, wat hij niet had gedaan. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd. De uitspraak werd openbaar gemaakt op dezelfde dag.