Op 30 juli 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak betreffende een naheffingsaanslag parkeerbelasting. Eiser, vertegenwoordigd door mr. N.G.A. Voorbach, had een naheffingsaanslag ontvangen van de gemeente Den Haag, omdat zijn voertuig op 11 november 2024 geparkeerd stond zonder dat er parkeerbelasting was voldaan. De gemeente handhaafde de naheffingsaanslag na bezwaar, wat leidde tot het beroep van eiser. Tijdens de zitting op 16 juli 2025 werd duidelijk dat de parkeerlocatie een maximale aanmeldduur van 120 minuten had, maar dat dit niet gelijkstond aan de maximale parkeerduur. Eiser stelde dat hij binnen de toegestane tijd had geparkeerd, maar de rechtbank oordeelde dat hij na de aanmeldduur opnieuw parkeerbelasting had moeten voldoen. De rechtbank concludeerde dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd, omdat eiser niet had voldaan aan de verplichting om zijn voertuig opnieuw aan te melden na de maximale aanmeldduur. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees proceskosten af. De uitspraak werd openbaar gemaakt op dezelfde dag.