ECLI:NL:RBDHA:2025:19247
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Opheffing van de maatregel van bewaring in het kader van de terugkeerprocedure naar Marokko
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 oktober 2025 uitspraak gedaan over de opheffing van de maatregel van bewaring van eiser, die onder de werkingssfeer van richtlijn 2008/115 valt. Eiser, een Marokkaanse nationaliteit hebbende, was op 18 juli 2025 in bewaring gesteld door de minister van Asiel en Migratie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister onvoldoende voortvarend heeft gehandeld in de terugkeerprocedure, wat heeft geleid tot de onrechtmatigheid van de voortduring van de maatregel van bewaring. De rechtbank heeft op basis van de feiten geoordeeld dat de minister niet tijdig nieuwe vingerafdrukken heeft afgenomen, ondanks dat de Marokkaanse autoriteiten op 10 september 2025 hadden aangegeven dat de eerder afgenomen dacty van onvoldoende kwaliteit waren. De rechtbank heeft de maatregel van bewaring opgeheven en de onmiddellijke invrijheidstelling van eiser gelast, evenals een schadevergoeding van € 3.900,- aan eiser. De uitspraak benadrukt de verplichtingen van de verweerder onder de richtlijn en de noodzaak van voortvarendheid in de terugkeerprocedures.