ECLI:NL:RBDHA:2025:20470
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van eiser met betrekking tot Libië en de beoordeling van individuele omstandigheden
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag wordt de afwijzing van de asielaanvraag van eiser, die afkomstig is uit Libië, behandeld. Eiser heeft op 15 november 2024 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, maar deze is door de minister van Asiel en Migratie op 9 juni 2025 afgewezen. De rechtbank oordeelt dat de afwijzing in stand kan blijven. Eiser voert aan dat hij bedreigd wordt door milities en een specifieke persoon, maar de rechtbank oordeelt dat zijn verklaringen niet geloofwaardig zijn. De rechtbank stelt vast dat eiser tegenstrijdig en vaag heeft verklaard over de bedreigingen en dat hij niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij een reëel risico loopt op ernstige schade door willekeurig geweld in Libië. De rechtbank concludeert dat de minister op goede gronden geen verblijfsvergunning heeft verleend en verklaart het beroep ongegrond. De uitspraak is openbaar gemaakt op 4 november 2025.