ECLI:NL:RBDHA:2025:23214

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 november 2025
Publicatiedatum
8 december 2025
Zaaknummer
C/09/692852 / FA RK 25-7654
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake gebruik echtelijke woning en toevertrouwing kinderen

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 7 november 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorzieningen. De vrouw heeft verzocht om het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning en om de toevertrouwing van de minderjarige kinderen aan haar. De man heeft hiertegen verweer gevoerd. Partijen zijn gehuwd in 2019 en hebben twee minderjarige kinderen. De vrouw stelt dat de man op 4 september 2025 de Talaq heeft uitgesproken, waardoor zij volgens het Islamitisch recht gescheiden zijn. De vrouw vraagt de rechtbank om de man de woning te laten verlaten, omdat zij en de kinderen daar niet kunnen verblijven als de man aanwezig is. De man betwist de definitieve scheiding en stelt dat zij samen kunnen blijven wonen tot de echtscheiding definitief is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de zorg voor de kinderen momenteel gelijk is verdeeld en dat het in het belang van de kinderen is dat zij in de woning kunnen blijven. De rechtbank heeft daarom een schema vastgesteld voor het gebruik van de woning, waarbij de vrouw het uitsluitend gebruik heeft op bepaalde dagen. Het verzoek om de kinderen aan de vrouw toe te vertrouwen is afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang is aangetoond. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 25-7654
Zaaknummer: C/09/692852
Datum beschikking: 7 november 2025

Voorlopige voorzieningen

Beschikking op het op 9 oktober 2025 ingekomen verzoek van:

[de vrouw] ,

de vrouw,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
advocaat: mr. C. Ekholm te Leiden.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:

[de man] ,

de man,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
advocaat: mr. L. Rijsdam te Leiden.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
- het verzoekschrift.
Op 31 oktober 2025 is de zaak op de zitting van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen:
  • de vrouw met haar advocaat;
  • de man met zijn advocaat en tolk (per telefoon);
  • [naam] namens de Raad voor de kinderbescherming.

Feiten

  • Partijen zijn gehuwd op [dag] 2019 te Jemen.
  • Zij zijn de ouders van de volgende minderjarige kinderen:
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum 1] 2020 te [geboorteplaats] ,
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2023 te [geboorteplaats] .
- Blijkens de uittreksels uit de Basisregistratie Personen (Brp) heeft de man de Jemenitische nationaliteit en hebben de vrouw en de kinderen de Nederlandse nationaliteit.

Verzoek en verweer

Het verzoek van de vrouw strekt ertoe dat:
  • de vrouw gerechtigd zal zijn tot het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning aan de [adres] , met inbegrip van de inboedel, met het bevel dat de man die woning dient te verlaten en verder niet mag betreden;
  • de minderjarige kinderen van partijen aan de vrouw worden toevertrouwd;
voor zover mogelijk met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.
De man heeft ter zitting verweer gevoerd.

Beoordeling

Rechtsmacht en toepasselijk recht
De Nederlandse rechter komt in deze voorlopige voorzieningenprocedure rechtsmacht toe en past daarbij Nederlands recht toe.
Uitsluitend gebruik echtelijke woning
De vrouw verzoekt het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning. Ter onderbouwing van dit verzoek voert zij aan dat partijen ook voor het Islamitisch geloof zijn gehuwd, en dat de man op 4 september 2025 de Talaq drie keer heeft uitgesproken in het bijzijn van getuigen. Volgens de vrouw zijn partijen daarom volgens het Islamitisch geloof gescheiden, waardoor zij nog maximaal drie cyclussen van de vrouw samen in de woning mogen verblijven. Als partijen nog langer samenwonen wordt de eer en goede naam van de vrouw aangetast. De vrouw vindt dat het de man is die de woning moet verlaten, omdat hij de Talaq heeft uitgesproken voordat partijen samen afspraken konden maken. De man heeft volgens de vrouw daarnaast andere mogelijkheden om te verblijven of om andere woonruimte te vinden. Voor haar is het niet mogelijk om met [minderjarige 1] en [minderjarige 2] elders te verblijven, onder meer omdat [minderjarige 1] naar school moet en [minderjarige 2] naar de peuterspeelzaal gaat die vlak bij de woning van partijen gelegen is en vanwege de medische gesteldheid van [minderjarige 1] .
De man is het niet eens met het verzoek van de vrouw. De scheiding naar het Islamitisch geloof is nog niet definitief, nu hiervoor nodig is dat de Talaq op drie verschillende momenten wordt uitgesproken, aldus de man. De eer en goede naam van de vrouw staan daarom volgens hem niet op het spel. Daarnaast hebben partijen volgens de man de afgelopen tijd een manier gevonden om samen te wonen, en dit lukt goed. Partijen zorgen beiden voor de kinderen. De man vindt daarom dat partijen samen in de echtelijke woning kunnen blijven wonen tot de echtscheiding definitief is. Dit is ook fijn voor de kinderen, die nu gewend zijn aan de huidige situatie waarin ze beide ouders evenveel zien. Ten slotte heeft de man ook aangegeven dat hij geen andere plek heeft om te verblijven en dat hij in [plaats] zijn vrijwilligerswerk heeft.
De rechtbank overweegt als volgt. Gebleken is dat de vrouw en de man ieder een andere interpretatie hebben welk gevolg het drie keer achter elkaar uitspreken van de Talaq heeft, en het is voor de rechtbank niet mogelijk om een oordeel te geven wie van hen hierin gelijk heeft. De rechtbank heeft echter wel begrepen dat in ieder geval naar de beleving van de vrouw haar goede eer en naam op het spel staat en dat dit bij haar voor spanning zorgt, waardoor het nog langer samen blijven woning in de echtelijke woning voor haar geen optie is. Nu is gebleken dat de zorg voor de kinderen op dit moment gelijk tussen de ouders verdeeld wordt en niet ter discussie staat dat het in ieder geval voor de kinderen van belang is dat zij in de woning kunnen blijven, zal de rechtbank het volgende twee wekelijkse schema bepalen waarin de vrouw de het uitsluitend gebruik van de woning heeft:
- in week 1:
- van zondag 16:00 uur tot dinsdag 16:00 uur;
- van donderdag 12:00 uur tot zondag 16:00 uur;
- in week 2:
- van woensdag 16:00 uur tot vrijdag 16:00 uur.
Bij het vaststellen hiervan heeft de rechtbank rekening gehouden met dat de kinderen steeds niet te lang van de andere ouder gescheiden zijn, dat beide ouders de helft van de tijd in de woning kunnen overnachten (en allebei dus verantwoordelijk zijn om voor de andere helft van de tijd een ander verblijf te zoeken), dat ieder van de ouders een weekend met de kinderen heeft en dat de vrouw op donderdag en vrijdag [minderjarige 2] van de peuterspeelzaal kan ophalen (nu zij onbetwist heeft aangevoerd dat zij dit op die dagen altijd doet vanwege het vrijwilligerswerk van de man).
Op de dagen dat de vrouw het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning heeft moet de man deze woning verlaten. Op de andere dagen gaat de rechtbank ervan uit dat, ondanks dat de man er geen bezwaar tegen heeft om samen met de vrouw in de woning te zijn, de vrouw niet in de woning aanwezig is vanwege haar eer en goede naam.
Het verzoek om te bepalen dat dit uitsluitend gebruik ‘met inbegrip van de inboedel’ is, zal de rechtbank bij gebrek aan belang afwijzen. Bij toewijzing van het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning aan een partij is die partij ook uitsluitend gerechtigd tot de tot die woning behorende inboedelgoederen, voor zover niet bij rechterlijke beschikking tot het dagelijks gebruik aan de andere partij toegewezen.
Toevertrouwing kinderen
De vrouw heeft verzocht om de kinderen aan haar toe te vertrouwen. De man heeft hiertegen verweer gevoerd. Nu de zorg over de kinderen in de praktijk gelijkelijk tussen partijen zal worden verdeeld en er geen spoedeisend belang is gebleken om de kinderen aan de vrouw toe te vertrouwen, zal de rechtbank dit verzoek van de vrouw afwijzen.

Beslissing

De rechtbank:
bepaalt dat de vrouw bij uitsluiting gerechtigd zal zijn tot het gebruik van de echtelijke woning aan de [adres] en beveelt mitsdien dat de man die woning verder niet mag betreden, volgens het volgende twee wekelijkse schema:
- in week 1:
- van zondag 16:00 uur tot dinsdag 16:00 uur;
- van donderdag 12:00 uur tot zondag 16:00 uur;
- in week 2:
- van woensdag 16:00 uur tot vrijdag 16:00 uur;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. L.L. Benink, rechter, tevens kinderrechter, bijgestaan door mr. E.M. van Middelkoop als griffier, en uitgesproken op de openbare zitting van 7 november 2025.