ECLI:NL:RBDHA:2025:3270
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van asielaanvraag van minderjarige eiser met betrekking tot Dublinverordening en verantwoordelijkheidskwesties
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 18 februari 2025, met zaaknummers NL24.49914 en NL24.49915, wordt het beroep van een minderjarige eiser tegen het niet in behandeling nemen van zijn asielaanvraag beoordeeld. De voorzieningenrechter behandelt tevens het verzoek om een voorlopige voorziening. De minister van Asiel en Migratie heeft de aanvraag afgewezen op basis van de stelling dat Polen verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag, aangezien eiser eerder in Polen asiel heeft aangevraagd. Eiser, die de Somalische nationaliteit heeft en geboren is op [geboortedatum 1] 2007, betwist deze beslissing en voert aan dat de Poolse autoriteiten niet verantwoordelijk zijn. Hij stelt dat de geboortedatum die door de Poolse autoriteiten is genoteerd, namelijk [geboortedatum 2] 2004, onjuist is en dat hij wel degelijk minderjarig is. Eiser heeft zijn leeftijd onderbouwd met een geboorteakte en andere documenten die zijn identiteit bevestigen.
De rechtbank oordeelt dat de minister niet zorgvuldig heeft gehandeld door de asielaanvraag niet in behandeling te nemen. De rechtbank verwijst naar eerdere jurisprudentie die stelt dat het interstatelijk vertrouwensbeginsel niet van toepassing is bij de beoordeling van de leeftijd van vreemdelingen. Dit betekent dat de minister niet zonder meer kan uitgaan van de leeftijdsregistratie in een andere lidstaat. De rechtbank concludeert dat de minister onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de leeftijd van eiser en dat het vermoeden van minderjarigheid niet overtuigend is ontzenuwd. Daarom wordt het beroep gegrond verklaard, het besluit van de minister vernietigd en wordt de minister opgedragen een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak. Het verzoek om een voorlopige voorziening wordt niet-ontvankelijk verklaard, en de minister wordt veroordeeld tot betaling van proceskosten aan eiser.