ECLI:NL:RBDHA:2025:4322
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bewaring en voortduren van de maatregel in het bestuursrechtelijke vervolgberoep van een Algerijnse vreemdeling
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 maart 2025 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijk vervolgberoep van een Algerijnse vreemdeling, eiser, tegen de maatregel van bewaring die door de minister van Asiel en Migratie was opgelegd. De maatregel van bewaring was op 11 december 2024 ingesteld en eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij hij ook schadevergoeding heeft verzocht. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen zitting nodig was en het onderzoek op 17 maart 2025 is gesloten.
Eiser heeft aangevoerd dat het voortduren van de maatregel onrechtmatig is, onder andere omdat het verslag van het vertrekgesprek van 11 maart 2025 geen informatie bevatte die de rechtmatigheid van de maatregel kon onderbouwen. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat verweerder voldoende voortvarend handelt in de uitzetting van eiser, aangezien er pogingen zijn gedaan om hem uit te zetten en er een vlucht geboekt is voor 20 maart 2025. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om te twijfelen aan de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Er is geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.