Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 25 april 2025 in de zaak tussen
[verzoeker], v-nummer: [nummer], verzoeker
de minister van Asiel en Migratie.
Inleiding
Beoordeling door de voorzieningenrechter
Heeft het beroep van verzoeker een redelijke kans van slagen?4. Verzoeker vraagt de voorzieningenrechter de minister te verbieden hem over te dragen aan België tot vier weken nadat de rechtbank op het beroep heeft beslist. Hiertoe voert hij aan dat hij bij overdracht aan België in een toestand terecht komt die in strijd is met artikel 3 van het EVRM en artikel 4 van het Handvest. Verzoeker verwijst naar diverse stukkenin de lopende hoger beroepsprocedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State tegen een eerdere uitspraak van deze rechtbank, zittingsplaats Den Haag, van 4 juli 2024.Dit vormt volgens hem een reden om af te wijken van een eerdere uitspraak door een meervoudige kamer van deze rechtbank op 2 april 2025.In dit verband wijst verzoeker specifiek op een reactie van 13 april 2025 uit deze hoger beroepsprocedure. Tot slot is verzoeker psychisch kwetsbaar en dat is volgens hem extra reden om de voorlopige voorziening te treffen en het verzoek op zitting te behandelen.
De stukken uit de lopende hoger beroepsprocedure bij de Afdeling maken dit oordeel niet anders. De door verzoeker overgelegde stukken vormen geen reden om af te wijken van de eerdergenoemde uitspraak van 2 april 2025. Verzoeker legt namelijk niet duidelijk uit waarom afgeweken moet worden van het oordeel van 2 april 2025, behalve dat uit een eerdere reactie op 13 april 2025 zou blijken dat de Belgische autoriteiten onverschillig staan tegenover de opvangproblematiek in België. Hiermee legt verzoeker niet specifiek uit hoe de inhoud van deze informatie verschilt van de informatie die is meegenomen in het oordeel van 2 april 2025.
Voor zover verzoeker stelt dat hij psychisch kwetsbaar is en dat dit aanleiding vormt om de voorlopige voorziening te treffen en het verzoek op zitting te behandelen, slaagt dit betoog ook niet. Verzoeker heeft dit namelijk verder niet onderbouwd met (medische) stukken.