ECLI:NL:RBDHA:2025:7479
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op mvv aanvraag en verzoek om proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft verzoeker, vertegenwoordigd door mr. A.M.A. Al Kadiri, een beroep ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie, vertegenwoordigd door P. Ozturk, omdat de minister niet tijdig had beslist op zijn aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv). Op 27 februari 2025 heeft de minister alsnog een besluit genomen, waarna verzoeker zijn beroep heeft ingetrokken. Verzoeker heeft echter verzocht om vergoeding van de proceskosten, waarop de minister niet heeft gereageerd. De rechtbank heeft geoordeeld dat het niet nodig was om partijen uit te nodigen voor een zitting en heeft de minister veroordeeld in de proceskosten van verzoeker. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister tegemoet is gekomen aan het beroep van verzoeker door alsnog een besluit te nemen. De rechtbank heeft de proceskosten vastgesteld op € 453,50, rekening houdend met de wegingsfactor van 0,5, omdat de zaak van licht gewicht was. Daarnaast moet de minister het door verzoeker betaalde griffierecht vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman en is openbaar gemaakt op 8 april 2025.