AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Veroordeling van een man voor ontucht met een minderjarige
Op 11 maart 2014 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in de zaak tegen een 30-jarige man uit Dordrecht, die werd beschuldigd van ontucht met een 14-jarig meisje. De rechtbank heeft de man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk. De zaak kwam aan het licht na een aangifte van het slachtoffer, die verklaarde dat de verdachte op 12 november 2012 in Groesbeek ontuchtige handelingen had gepleegd. De verdachte ontkende de beschuldigingen, maar de rechtbank oordeelde dat er voldoende bewijs was, waaronder DNA-onderzoek dat de aanwezigheid van het DNA van de verdachte op de plaatsen bevestigde waar het slachtoffer had verklaard te zijn aangeraakt.
De rechtbank overwoog dat de verdachte, ondanks zijn leeftijd, geen rekening had gehouden met de jeugdigheid van het slachtoffer en dat de ernst van de feiten een gevangenisstraf rechtvaardigde. De officier van justitie had een zwaardere straf geëist, maar de rechtbank besloot tot een lichtere straf, rekening houdend met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De rechtbank verklaarde dat de verdachte niet in zijn verdediging was geschaad door eventuele vormverzuimen in de procedure, en dat de aangifte van het slachtoffer betrouwbaar was, ondersteund door ander bewijs.
De uitspraak benadrukt de ernst van seksuele delicten tegen minderjarigen en de gevolgen die dergelijke daden voor slachtoffers kunnen hebben. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan het plegen van ontuchtige handelingen met een minderjarige en heeft de straf opgelegd met inachtneming van de omstandigheden van de zaak.
Voetnoten
1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant] van de Politie Oost-Nederland, District Gelderland Zuid, sectie zedenzaken, opgemaakte proces-verbaal, proces-verbaal-nummer 2012112864, gesloten op 5 april 2013 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van aangifte, p. 14-19; de verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting d.d. 25 februari 2014 .
3.Proces-verbaal van aangifte, p. 14-19.
4.Proces-verbaal van aanhouding, p. 107. Verdachte werd meegenomen naar het politiebureau op verdenking van verkrachting, proces-verbaal van inverzekeringstelling, p. 109.
5.Proces-verbaal aanvraag DNA-onderzoek sporen, p. 168.
6.Een schriftelijk bescheid, zijnde een NFI rapport, onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek, opgemaakt door het NFI, p. 79. De bemonsteringen zijn gekoppeld aan SIN-nummers ZAAC3893NL#01 (rechterwang/hals) ZAAC3893NL#02 (rechterborst), ZAAC3893NL#03 (linkerborst), ZAAC3893NL#04 (buitenste schaamlippen), ZAAC3893NL#05 (binnenste schaamlippen).
7.Een schriftelijk bescheid, zijnde een NFI rapport, onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek, p. 81.
8.Proces-verbaal aanvraag DNA-onderzoek sporen, p. 168; een schriftelijk bescheid, zijnde een aanvullende opdracht DNA-onderzoek van het NFI, p. 151.
9.Een schriftelijk bescheid, zijnde een NFI rapport, onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek, p. 184.
10.Proces-verbaal verhoor getuige [getuige], p. 48-49.