ECLI:NL:RBGEL:2017:5299
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- T.E. van Zoeren
- Rechtspraak.nl
Overschrijding van de redelijke termijn in bestuursrechtelijke procedure inzake kinderopvangtoeslag
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 10 oktober 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en de Belastingdienst/Toeslagen over de definitieve vaststelling van de kinderopvangtoeslag voor het jaar 2010. Eiser ontving een voorschot van € 6.626,-, maar moest op basis van een besluit van 9 juli 2013 een bedrag van € 1.203,- terugbetalen. Na een bezwaarprocedure, die door de rechtbank als te lang werd beoordeeld, heeft de rechtbank geoordeeld dat de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6 EVRM was overschreden. De vertraging was volledig aan de verweerder toe te rekenen, wat leidde tot een schadevergoeding van € 1.500,- voor eiser. De rechtbank oordeelde dat de levensloopuitkeringen van eiser en zijn partner terecht waren meegenomen in het toetsingsinkomen voor de kinderopvangtoeslag, en verklaarde het beroep van eiser ongegrond. Eiser kreeg echter wel een vergoeding voor de gemaakte reiskosten van € 22,56 en het betaalde griffierecht van € 46,- terug.