Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
[kind 5].
3.Het verzoek en het verweer
na wijziging)bij beschikking, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
subsidiairde door de man verschuldigde verhaalsbijdrage met ingang van 12 januari 2018, althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen datum, vast te stellen op een bedrag van € 114,05 per maand, althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag;
4.De beoordeling
- net als de man - de behoefte van [kinderen uit eerste huwelijk] op € 194,-- per kind per maand.
(€ 328,--) minus het bedrag welke de man feitelijk heeft voldaan (€ 213,96). De rechtbank zal het verzoek om te betalen dat de verhaalsbijdrage ineens en volledig opeisbaar is toewijzen, omdat de man daartegen geen verweer heeft gevoerd.
5.De beslissing
[naam griffier] als griffier en in het openbaar uitgesproken op 28 mei 2018.