ECLI:NL:RBGEL:2019:389
Rechtbank Gelderland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Aanneming van werk en waarschuwingsplicht van de aannemer in civiele geschillen
In deze zaak, die voor de Rechtbank Gelderland is behandeld, gaat het om een geschil tussen een aannemer, aangeduid als [handelsnaam eiser], en een opdrachtgever, aangeduid als [naam gedaagde], over de uitvoering van een aannemingsovereenkomst. De partijen hebben op 25 augustus 2018 een overeenkomst gesloten waarbij [handelsnaam eiser] een trap zou vervaardigen en plaatsen in de woning van [naam gedaagde]. De opdrachtgever heeft een aanbetaling gedaan van € 850,60, maar na de plaatsing van de trap op 18 september 2017 bleek deze niet te passen. [handelsnaam eiser] vorderde in conventie betaling van een restantbedrag van € 1.535,35, terwijl [naam gedaagde] in reconventie een schadevergoeding van € 580,80 vorderde voor kosten die hij heeft moeten maken om de woning aan te passen aan de trap.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat [handelsnaam eiser] is tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst door niet te voldoen aan zijn waarschuwingsplicht. De aannemer had de opdrachtgever moeten informeren over de afwijkingen in de maten van de trap. Dit heeft geleid tot de conclusie dat [handelsnaam eiser] in verzuim is geraakt en aansprakelijk is voor de schade die [naam gedaagde] heeft geleden. De kantonrechter heeft de vordering van [handelsnaam eiser] in conventie gedeeltelijk toegewezen, maar het deel dat betrekking heeft op een vermeende huurovereenkomst van de trap afgewezen, omdat het beding onredelijk bezwarend werd geacht. De vordering in reconventie van [naam gedaagde] werd volledig toegewezen, waardoor [handelsnaam eiser] verplicht werd om de schade te vergoeden.