2.15.Op 12 december 2019 is een uitnodiging verstuurd voor een vergadering van aandeelhouders (hierna: AVA) van Avantes Holding en Avantes op 30 december 2019. Deze uitnodiging was zowel aan de aandeelhouders van Avantes Holding als Avantes gericht. Op de agenda stond het voorstel om [Eiser] te schorsen of ontslaan als statutair bestuurder van beide vennootschappen. In de bijgaande toelichting op dat agendapunt is onder meer vermeld:
Tijdens ons gesprek van vandaag heb ik een toelichting gegeven op dat voorgenomen besluit. De reden is kort gesteld dat door jouw houding en gedrag de afgelopen periode, meerdere medewerkers het vertrouwen in jou hebben opgezegd. Deze medewerkers, met een langdurig dienstverband bij Avantes B.V. voelen zich door jouw houding en gedrag genoodzaakt hun baan op te zeggen en hun heil elders te zoeken. Daarbij is er mede door meerdere incidenten de afgelopen periode ook een verstoorde arbeidsrelatie ontstaan tussen jou en mij. Ik licht dat aan de hand van meerdere voorbeelden toe.
Sinds de komst van [naam 5], de Human Resources Officer, maar in ieder geval sinds je bent benoemd tot bestuurder, ben jij je anders gaan gedragen. Je bent grote delen van de werkdag met [naam 5] in overleg, zo langdurig en regelmatig dat meerdere collega’s ervaren dat jullie niet bereikbaar zijn om zakelijke aangelegenheden te bespreken. Dit overleg levert voor collega’s niet of nodig zichtbaar resultaat op.
Daarnaast ervaren collega’s dat [naam 5] de inhoud van gesprekken die zij met medewerkers voert uit hoofde van haar functie, met jou deelt. Dit blijkt dat jij in vervolggesprekken met de betreffende medewerkers zaken aan de orde stelt die alleen van Iris kan hebben gehoord.
Dit heeft ertoe geleid dat medewerkers tegen [naam 5] en jou niet het achterste van hun tong durven te laten zien en op hun hoede zijn met wat ze wel of niet vertellen. Dit leidt tot een angstcultuur. Dat past volstrekt niet binnen onze open cultuur waarbij wij de professionaliteit en integriteit hoog in het vaandel hebben staan.
Met name ook nu jij direct leidinggevende van [naam 5] bent en daarmee degene die haar beoordeelt, vragen de medewerkers zich af of die beoordeling wel objectief gebeurt. Het stelt de door jou genomen beslissing de functie van [naam 5] te verhogen in het functieraster waardoor zij een salarisverhoging heeft gekregen, in een discutabel daglicht. Daarbij komt dat ook andere medewerkers zien dat je etentjes met [naam 5] zakelijk declareert en dat je Iris een bonus hebt gegeven omdat een medewerker een andere functie had gekregen terwijl dergelijke bonussen alleen worden gegeven indien een medewerker een nieuwe medewerker binnenhaalt. Bovendien is het de vraag of het binnenhalen van medewerkers niet tot de functie van [naam 5] behoort, hetgeen het toekennen van een bonus temeer twijfelachtig maakt.
Zowel door mij, andere leden van het MT en diverse medewerkers, zijn zowel jij als [naam 5] op dit gedrag en op diverse incidenten aangesproken. Dit heeft tot op heden niet geleid tot aanpassing daarvan.
Een aantal medewerkers heeft mij enige weken geleden op de hoogte gesteld van hun onvrede over deze situatie. Wat ze mij vertelden was voor mij niet geheel nieuw omdat ik dezelfde ervaring heb, maar de heftigheid ervan wel.
Medio november jl. voelde ik mij genoodzaakt [naam 2] [naam 3] van de ontstane situatie op de hoogte te stellen. Zij hebben na afloop van de aandeelhoudersvergadering van vorige week een gesprek met jou gevoerd. De uitkomst van dat gesprek was dat ze zouden onderzoeken of jij en ik niet beter zouden kunnen samenwerken terwijl het probleem naar mijn idee veel breder in de organisatie speelt dan alleen maar tussen jou en mij.
De volgende ochtend, vorige week woensdag, escaleerde het gesprek tussen ons tijdens een MT-overleg. Je ging er “met een gestrekt been in” en vroeg je hardop af hoe we met het MT bij elkaar konden zitten als iemand (daarmee doelend op mij) alles doorvertelt. Je verweet mij dat ik niet kan loslaten als oprichter van de organisatie. Ik heb jou verteld dat ik het vertrouwen en respect in jou kwijt was doordat je praat over collega’s en niets doet met de feedback die je uit de organisatie krijgt. Dat maakt dat er zowel bij de medewerkers als bij het MT en mijzelf niet het vertrouwen is dat er iets aan de situatie gaat veranderen. Ik heb je gezegd dat er een angstcultuur heerst en dat mensen bang zijn voor represailles
(…)
Naar aanleiding van deze escalatie hebben [naam 1] en [naam 3] hun oor te luister gelegd in de organisatie en uiteindelijk besloten dat er een onhoudbare situatie is ontstaan die breder in de organisatie speelt en die - anders dan ze aanvankelijk dachten - niet oplosbaar is.
Afgelopen dinsdag hadden we samen een gesprek met twee medewerkers van jouw afdeling die zich beklaagden over het feit dat ze jou regelmatig hebben aangesproken op jouw houding en gedrag waarbij als zij jou op een situatie aanspreken, het altijd aan de ander ligt en je niets met de feedback doet. Je liet weten dat gedrag van jezelf niet te herkennen.
Door jouw wijze van omgaan met Iris en de andere medewerkers, is het vertrouwen van diverse medewerkers, het MT en mij in jou weg. Sommige medewerkers hebben dusdanig veel last van de situatie dat zij overwegen bij Avantes te vertrekken. Daarbij komt dat er ook tussen ons inmiddels een onherstelbaar verstoorde arbeidsrelatie is ontstaan.
Het vorenstaande maakt dat de aandeelhouders van Avantes Holding B.V. en Avantes B.V. het voornemen hebben je als bestuurder van beide vennootschappen te ontslaan en/of te schorsen. (…)
In afwachting van de uitkomst van die vergadering stel ik je per direct vrij van werk. (…)