2.4.In de CAO schoonmaak- en glazenwassersbedrijf (hierna: de cao) is onder meer het volgende bepaald:
Artikel 1 Definities en karakter van de cao
(…)
8. Loon:
Het bruto loon per betaalperiode van 4 weken of per maand, inclusief alle toeslagen, maar exclusief de vakantietoeslag en eindejaarsuitkering.
(…)
13. Karakter van de CAO:
Deze CAO heeft een minimum karakter. Dat wil zeggen dat minimaal de in deze CAO opgenomen bepalingen toegepast dienen te worden.
Artikel 12 arbeidstijd en rusttijd
(…)
3. De werknemer die werkzaam is in een dienst van ten minste 4,5 uur waarbij minimaal 1 uur werktijd valt tussen 0.00 en 6.00 uur, heeft recht op een pauze van 0,5 uur tijdens deze dienst. Deze pauze wordt doorbetaald op basis van het uurloon overeenkomstig artikel 1 lid 8 CAO.
Artikel 18 toeslag bijzondere uren
1. Werknemers die ’s avonds, ’s nachts, in de weekends of op feestdagen werken, krijgen de volgende toeslagen (in procenten) over het basisuurloon (inclusief overgangstoeslag):
Voor werknemers werkzaam in hotels geldt een afwijkende regeling die is opgenomen in het D-deel van deze CAO.
Artikel 24 vakantietoeslag
1. De vakantietoeslag bedraagt 8% en wordt in de maand mei betaald. Het is niet toegestaan om hierover afwijkende afspraken te maken.
2. De vakantietoeslag wordt berekend over:
a. bij betaling per maand:
het loon over de periode 1 mei van het voorafgaande jaar tot en met 30 april van het lopende jaar.
b. bij betaling per 4 weken:
het loon over periode 5 van het voorafgaande jaar tot en met periode 4 van het lopende jaar.
1. De vakantieopbouw bedraagt 10% van ieder betaald uur of deel daarvan. Het percentage van 10% vakantieopbouw kan worden opgesplitst in een percentage van 7,69% wettelijke vakantie uren en 2,31% bovenwettelijke vakantie uren. Er vindt geen opbouw plaats over overwerkuren. Per kalenderjaar wordt bij een 38-urige werkweek 197,6 uur vakantie opgebouwd.
Artikel 34 reistijden- en reiskostenregeling
Reiskosten
1. Woon-werkverkeer wordt vergoed als de totale reisafstand van het huisadres naar het werkadres of de werkadressen (heen en terug) meer bedraagt dan 60 kilometer per dag. De vergoeding wordt als volgt vastgesteld: a. reizen bij openbaar vervoer, fiets en bromfiets: de volledige kosten van het openbaar vervoer.
b. reizen per eigen auto: vergoeding van alle kilometers op basis van de maximaal fiscaal toegestane onbelaste vergoeding.
5. Indien de werknemer aansluitend werkzaam is op meerdere objecten, of op verschillende tijdstippen op hetzelfde object, wordt de reistijd tussen de objecten vergoed op basis van het basisuurloon en de reisafstand op basis van een kostenvergoeding ter hoogte van het fiscaal maximaal toegestane onbelaste bedrag.
6. Indien de werknemer niet aansluitend werkzaam is op twee of meer objecten, en de tijd tussen de beëindiging van de werkzaamheden op het eerste object en de start van de werkzaamheden op het tweede object minder dan 5 uur bedraagt, wordt met ingang van het tweede object een vergoeding van € 1,50 bruto per opkomst betaald.
Voornoemde artikelen zijn ook in latere cao’s (vernummerd) opgenomen.