Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[eis.conv./ged.reconv.1] ,
[eis.conv./ged.reconv.2],
1.[ged.conv./eis.reconv.1] ,
[ged.conv./eis.reconv.2 1],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 31 maart 2021
- de nagekomen producties van de zijde van [gedn.conv./eis.reconv.]
2.De feiten
ten behoeve van het perceel kadastraal bekend gemeente [kad.gegevens] (het bij deze akte gekochte), een erfdienstbaarheid van pad ten laste van de kadastrale percelen gemeente [kad.gegevens] (…); De erfdienstbaarheid houdt het recht in om te voet, met aan de hand gevoerde rijwielen, motoren, scooters, kinderwagens en al dan niet beladen kruiwagens en dergelijke te komen van en te gaan naar de openbare weg [straat] te [plaats] op de thans bestaande wijze;
een akte van levering ingevolge koop (betreffende aankoop [adres+nummer 4] ) verleden voor (…), op vijf mei negentienhonderd zes en zeventig, (…), waarin onder meer woordelijk staat vermeld:
“(…) [tekst] ”.
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
“Voetpaden, dreven of wegen aan verscheiden geburen gemeen, en welke hun tot eenen uitweg dienen, kunnen niet dan met gemeene toestemming worden verlegd, vernietigd of tot een ander gebruik gebezigd, dan waartoe dezelve zijn bestemd geweest.”Het betreft dus een voetpad, dreef of weg die voor meerdere buren als weg dient, waarvan [eis.conv./gedn.reconv.] terecht stellen dat het gebruik op de minst hinderlijke wijze dient te geschieden.
1.126,00(2,0 punt × tarief € 563,00)