ECLI:NL:RBGEL:2022:2369
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging WIA-uitkering en beoordeling arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 4 mei 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een voormalige procesoperator, en het UWV over de beëindiging van zijn WIA-uitkering. Eiser had zich ziekgemeld vanwege psychische en lichamelijke klachten en ontving een WIA-uitkering op basis van 100% arbeidsongeschiktheid. Het UWV heeft echter vastgesteld dat eiser per 14 mei 2020 minder dan 35% arbeidsongeschikt is, wat leidde tot de beëindiging van de uitkering. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het UWV verklaarde het bezwaar ongegrond.
De rechtbank heeft de medische situatie van eiser beoordeeld aan de hand van rapporten van artsen en arbeidsdeskundigen. Eiser voerde aan dat het onderzoek onzorgvuldig was en dat zijn recht op een eerlijke rechtsgang was geschonden. De rechtbank oordeelde dat het UWV de medische rapporten zorgvuldig had opgesteld en dat er geen reden was om aan de juistheid van de vastgestelde beperkingen te twijfelen. Eiser had geen nieuwe medische informatie ingediend die zijn standpunt kon onderbouwen.
De rechtbank concludeerde dat het UWV terecht had vastgesteld dat eiser per 14 mei 2020 minder dan 35% arbeidsongeschikt was. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, wat betekent dat hij geen gelijk kreeg in zijn verzoek om de beëindiging van de WIA-uitkering ongedaan te maken. De rechtbank wees ook het verzoek van eiser om een onafhankelijke deskundige te benoemen af, omdat hij niet had aangetoond dat hij niet in staat was om zelf medische stukken aan te leveren. De uitspraak werd gedaan door rechter Y.N.M. Rijlaarsdam, in aanwezigheid van griffier C. Deve.