2.3.Op 4 februari 2005 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, een vonnis gewezen in een erfrechtelijke kwestie waarbij [maat 1] betrokken is. Daarin is onder meer het volgende beslist, waarbij [maat 1] is aangeduid als [maat 1] :
“(…)
in reconventie
1. gelast [maat 1] zijn volledige medewerking te verlenen aan de afgifte van het legaat
aan [erflater] in zijn volledige omvang zoals omschreven in het testament
van erflater d.d. 18 mei 1979 sub b en zijn volledige medewerking te geven aan de levering
c.q. afgifte aan [erflater] van alle roerende en onroerende zaken, behorend
tot de nalatenschap van erflater voor wal betreft het aandeel van erflater daarin, alsmede aan
de vestiging van het vruchtgebruik als bedoeld in het testament;
(…)
3. gelast [maat 1] de door hem gebruikte onroerende zaken, kadastraal bekend gemeente
[woonplaats gedaagde] , sectie D. nummers 191, 192, 193, 196, 197, 198, 199, 200, 201, 202, 203, 204,
205,208,217,21 8,219 en 220 binnen drie maanden na betekening van het in dezen te
wijzen vonnis te ontruimen en ter vrije beschikking van [erflater] te
stellen;
(…)
6. verklaart voor recht, dat [maat 1] vanaf 1 november 1991 jegens [erflater]
en vanaf 6 maart 2006 jegens de gemeenschap onrechtmatig heeft gehandeld door zonder
recht of titel gebruik te maken van de (thans) tot de nalatenschap en de ontbonden
huwelijksgemeenschap behorende (roerende en onroerende) goederen ten behoeve van een
door hem geexploiteerd melkveehouderijbedrijf;”