Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
NJ2011/82).
2 december 2014,
NJ2015/390 en Hoge Raad 5 juli 2016, ECLI:NL:HR:2016:1320).
De rechtbank is verder van oordeel dat in de gegeven omstandigheden de voor medeplegen van de vernieling vereiste nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de medeverdachte bewezen kan worden. Van schade aan de portieren van de [merk] blijkt onvoldoende uit de bewijsmiddelen, zodat van dat onderdeel vrijspraak dient te volgen.
3.De bewezenverklaring
of omstreeks5 maart 2019 te Velp, gemeente Rheden, openlijk, te weten,
/aande A348 (ter hoogte van het Velperbroekcircuit),
in elk geval op of aan de
/of[benadeelde 2]
/oftegen een goed te weten een personenauto, merk: [merk],
(met een personenauto) tegen de personenauto aan te rijden (waarin die [benadeelde 1]
en/of een metalen pijp/buis,
althans met een lang voorwerptegen de auto
/ofaan de portieren te trekken en
/of teproberen de portieren te openen
of omstreeks5 maart 2019 te Velp, gemeente Rheden
of meerander
en, althans alleen
en en/of de portiervan de auto,
in
en/of zijn/haar mededader(s), te weten aan [benadeelde 1]
beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen.
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De beoordeling van de civiele vorderingen
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
mr. L.M. Vogel, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C. Aalders, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 10 februari 2022.