Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van
[Eiser A] , uit [plaats B] , eiser
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ermelo, het college
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
Beoordeling door de rechtbank
Hulpkreet’. In deze brief heeft eiser de volgende passage opgenomen: ‘
Wij hebben niets verkeerd gedaan en toch bevinden we ons nu in een uiterst onwerkelijke situatie. We hebben niet de financiële middelen om de dwangsom te betalen of om de uitbouw weer af te laten breken of om een juridisch conflict uit te vechten. Regelgeving is mijns inziens bedoeld om een fijne woonomgeving voor iedereen te kunnen waarborgen en niet om een eenvoudig gezin dat geen fouten heeft gemaakt de afgrond in te duwen. Omdat het om een vergunningsvrije bouw gaat hebben we de plannen besproken met alle buren.’