In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Gelderland het beroep van eiser tegen het besluit van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) van 21 november 2023, waarin het bezwaar van eiser tegen een eerder besluit van 6 februari 2023 gegrond werd verklaard. De SVB had bepaald dat eiser vanaf februari 2023 een bedrag van € 45 per maand moest aflossen op zijn schuld. Eiser betwistte de hoogte van dit bedrag en stelde dat hij in een schrijnende financiële situatie verkeerde, waardoor hij niet in staat zou zijn om dit bedrag terug te betalen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de SVB bij de vaststelling van het aflossingsbedrag rekening heeft gehouden met de beslagvrije voet, zoals vastgelegd in de wetgeving. Eiser had eerder een aanvulling op zijn ouderdomspensioen ontvangen, maar door verblijf in het buitenland was deze herzien en moest hij het teveel betaalde bedrag terugbetalen. De rechtbank concludeert dat de SVB de beslagvrije voet correct heeft toegepast en dat er geen sprake is van een kennelijk onredelijk resultaat. Eiser heeft onvoldoende bewijs geleverd voor zijn financiële noodsituatie.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de SVB het maandelijkse aflossingsbedrag van € 45 terecht heeft vastgesteld. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.