ECLI:NL:RBGEL:2025:2624
Rechtbank Gelderland
- Wraking
- M.J.C. van Leeuwen
- C.H. van Breevoort - de Bruin
- J.M.J.M. Doon
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesvertegenwoordiging
Op 25 februari 2025 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland in Arnhem uitspraak gedaan op een verzoek tot wraking van mr. L.J. de Kerpel - van de Poel, rechter in een handelszaak. Het verzoek tot wraking werd ingediend door de bestuurder van verzoeker per e-mail op 23 januari 2025. De wrakingskamer heeft beoordeeld of het verzoek ontvankelijk was, waarbij werd vastgesteld dat op grond van artikel 79 lid 2 van de Rechtsvordering verplichte procesvertegenwoordiging geldt. Dit betekent dat verzoeker alleen met bijstand van een advocaat een schriftelijk wrakingsverzoek kan indienen. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat het verzoek door de bestuurder van verzoeker persoonlijk was ingediend, wat in strijd is met de wettelijke vereisten. Op 30 januari 2025 is verzoeker geïnformeerd dat het verzoek door een advocaat ondertekend moest worden en kreeg hij de kans om dit gebrek binnen twee weken te herstellen. Verzoeker heeft echter nagelaten dit te doen, waardoor de wrakingskamer concludeerde dat verzoeker niet-ontvankelijk moest worden verklaard in het verzoek tot wraking. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.