ECLI:NL:RBGEL:2025:3184
Rechtbank Gelderland
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Verstekvonnis inzake afwijzing van buitengerechtelijke incassokosten en beslagkosten
Op 19 maart 2025 heeft de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, een verstekvonnis gewezen in de zaak tussen [eiser] en [gedaagde]. [Eiser] heeft gevorderd om vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten en beslagkosten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aanmaning die [eiser] aan [gedaagde] heeft gestuurd niet voldoet aan de eisen van artikel 6:96 lid 6 BW, omdat er geen betalingstermijn van veertien dagen is gegeven. Hierdoor is de vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten afgewezen.
Daarnaast heeft [eiser] gevorderd dat [gedaagde] wordt veroordeeld tot betaling van beslagkosten. De rechtbank heeft geoordeeld dat deze vordering niet toewijsbaar is, omdat [eiser] niet voldoende bewijs heeft geleverd van de beslaglegging en de betekening daarvan aan [gedaagde].
[gedaagde] is in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten betalen, die zijn begroot op € 2.483,45. De rechtbank heeft [gedaagde] veroordeeld om aan [eiser] een bedrag van € 33.980,44 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 21 januari 2025. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en alles wat meer of anders gevorderd is, is afgewezen.