ECLI:NL:RBGEL:2025:5327

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
25 juni 2025
Publicatiedatum
7 juli 2025
Zaaknummer
11467825
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Consumentenkoop en non-conformiteit bij de verkoop van een tweedehands auto

In deze zaak heeft eiser, na een proefrit, in maart 2024 een Ford Focus gekocht van [bedrijf 1] voor € 5.750,00. Na enkele maanden vertoonde de auto gebreken, waardoor eiser contact opnam met [bedrijf 1]. De auto werd naar garage [bedrijf 2] gestuurd voor onderzoek en reparatie. Eiser ontving een factuur van € 889,20 voor de reparaties, die hij onder protest betaalde. Eiser vorderde vervolgens terugbetaling van dit bedrag, schadevergoeding en deurwaarderskosten, stellende dat de auto niet voldeed aan de koopovereenkomst. De kantonrechter oordeelde dat er geen sprake was van non-conformiteit, omdat de gebreken niet bij aflevering aanwezig waren. De vordering tot terugbetaling van de reparatiekosten werd afgewezen, maar eiser kreeg wel een deel van de kosten terug voor onderdelen die zonder toestemming waren vervangen. De vordering tot schadevergoeding voor huurauto werd afgewezen, evenals de deurwaarderskosten. De proceskosten werden gecompenseerd.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Arnhem
Zaaknummer: 11467825 \ CV EXPL 24-10470
Vonnis van 25 juni 2025
in de zaak van
[eiser],
wonende te [woonplaats],
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser],
procederend in persoon,
tegen
[gedaagde]handelend onder de naam
[bedrijf 1],
wonende en zaakdoende te [plaats],
gedaagde partij,
hierna te noemen: [bedrijf 1],
gemachtigde: Auto-Consult.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 10 december 2024 met productie 1 t/m 8
- de conclusie van antwoord van 5 februari 2025 met producties 1 en 2
- de conclusie van repliek van 26 februari 2025 met productie 9
- de conclusie van dupliek van 2 april 2025 met producties 1 en 2
1.2.
[eiser] is vervolgens door de rechtbank in de gelegenheid gesteld om uitsluitend op de producties van de conclusie van dupliek te reageren. Aangezien hij in strijd met deze instructie alsnog inhoudelijk op de conclusie van dupliek heeft gereageerd en daarbij een productie heeft overgelegd, wordt dit stuk buiten beschouwing gelaten. Het stuk maakt dan ook geen onderdeel uit van de processtukken.
1.3.
Vervolgens is bepaald dat een vonnis wordt gewezen.

2.De feiten

2.1.
[eiser] heeft, nadat hij daarmee een proefrit heeft gemaakt, in maart 2024 een Ford Focus (hierna: de auto) van [bedrijf 1] gekocht voor een bedrag van € 6.400,00, waarop in mindering is gebracht een bedrag van € 650,00 voor auto inruil, zodat [eiser] uiteindelijk een bedrag van € 5.750,00 heeft betaald voor de aanschaf van de auto.
2.2.
Op de koopovereenkomst van 7 maart 2024 staat onder meer het volgende (productie 1 dagvaarding):
“(…)
Aan u verkocht en geleverd personenauto volgens de marge regeling 6.400,00
Merk: FORD
Type: FOCUS 1.0 wagon
(…)
Km.Stand: 113.244 KM
Garantie tot: 10-04-2024
In mindering gebracht een ingekochte marge personenauto -650,00
Merk: FORD
Type: MONDEO
(…)
Distributie set vervangen oliefilter en olie 1,00 975,00
2750€ wordt vandaag overgemaakt 7-3-2024 restant 4000€ bij aflevering
Subtotaal € 6.725,00
(…)”
2.3.
Omdat de auto op 26 augustus 2024 niet startte, evenmin na gebruik van startkabels, heeft [eiser] op 29 augustus 2024 met [bedrijf 1] contact opgenomen. Laatstgenoemde heeft aan [eiser] te kennen gegeven dat in verband met zijn vakantie de auto voor onderzoek en eventueel herstel naar de garage [bedrijf 2] moet.
2.4.
Op 31 augustus 2024 heeft [bedrijf 2] de auto met een sleepambulance opgehaald en vervolgens na onderzoek reparatiewerkzaamheden verricht.
2.5.
[bedrijf 1] heeft op 10 september 2024 het volgende bericht naar [eiser] verstuurd (productie 2 conclusie van dupliek):
“(…)
Auto staat klaar
Ben toch blij dat de oorzaak na lang zoeken Gevonden is
Defect was lang zoeken testen controleren
Vocht en viezigheid in bcm module is verwijderd
Preventief is ook koelslang en barstje ontdenkt in koelvat dat is ook vervangen
De vocht en viezigheid zijn invloeden buitenaf wat in geen enkel garantie valt.
Dit was ook duidelijk niet aanwezig tijdens de verkoop is ook geen verborgne gebrek.
Omdat het geen garantie werk is komt de rekening voor jullie.
Rekening is 761 euro ex btw (…)”
2.6.
[bedrijf 2] heeft op 11 september 2024 een factuur naar [eiser] verzonden, waaruit blijkt welke reparaties zijn verricht (productie 2 dagvaarding):
“(…)
Km-stand: 117002
(…)
Omschrijving Aantal Brijs Bedrag
Auto op locatie ophalen 1 € 0,00 € 0,00
Koel reservoire 1 € 36,70 € 36,70
Koelmiddel G12 4 € 9,95 € 39,80
Expansiedop 1 € 12,70 € 12,70
Diagnose stellen + onderzoek (niet aanslaan
voertuig) 6 € 85,00 € 510,00
Arbeid + ontluchten van koelsysteem 1 € 85,00 € 85,00
Compressie meting motor 1 € 70,00 € 70,00
Accu 12v 1 € 135,00 € 135,00
Koelleiding turbo verv. 1 € 0,00 € 0,00
Koelleiding radiateur verv. 1 € 0,00 € 0,00
Vocht in stekkers van de BCM. Alle verbindingen
vocht vrij gemaakt en weer aangesloten en getest,
fouten in ECU gewist.
(…)
Te betalen € 889,20
(…)”
2.7.
[eiser] heeft op 25 september 2024 de factuur onder protest betaald en dezelfde dag de auto opgehaald.
2.8.
Op 31 oktober 2024 heeft [eiser] [bedrijf 1] gesommeerd om het bedrag van € 889,20 terug te betalen, maar betaling van de zijde van [bedrijf 1] is uitgebleven (productie 8 dagvaarding).

3.De vordering en het verweer

3.1.
[eiser] vordert bij vonnis dat [bedrijf 1] wordt veroordeeld tot betaling van € 899,20 aan hoofdsom, € 400,00 aan schadevergoeding en € 165,00 aan deurwaarderskosten, met veroordeling van [eiser] in de proceskosten.
3.2.
[eiser] legt aan zijn vorderingen ten grondslag dat de aan hem verkochte en geleverde auto niet beantwoordt aan de koopovereenkomst. De auto startte op 26 augustus 2024 niet meer op. Uit de diagnose van [bedrijf 2] blijkt dat vocht in de BCM-stekker de oorzaak is. Daarnaast is een lekkage in het koelsysteem ontstaan. De auto beantwoordt daarom niet aan de koopovereenkomst. Verder heeft [bedrijf 2] zonder akkoord onderdelen preventief vervangen, waaronder een nieuwe accu. De reparatiekosten zijn ten onrechte bij [eiser] in rekening gebracht, omdat de auto-non conform is. Om de auto terug te krijgen heeft hij de factuur onder protest betaald. Hij vordert dan ook betaling van het bedrag van
€ 899,20 terug. Daarnaast vordert hij betaling van € 400,00 aan schadevergoeding, aangezien hij niet over de auto beschikte en daarom vervangend vervoer moest huren.
3.3.
[bedrijf 1] betwist de vordering. Op zijn verweer wordt hierna, voor zover relevant, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Consumentenkoop
4.1.
De kantonrechter stelt vast dat het gaat om een consumentenkoop, omdat [bedrijf 1] heeft gehandeld als bedrijf en [eiser] een natuurlijk persoon is die bij de aankoop van de auto niet heeft gehandeld in de uitoefening van een beroep of bedrijf.
Juridisch kader
4.2.
Artikel 7:17 lid 1 BW bepaalt dat de afgeleverde zaak moet beantwoorden aan de overeenkomst. Gelet op het tweede lid beantwoordt een zaak niet aan de overeenkomst als zij, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De koper mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik van de zaak nodig zijn en waarvan de koper de aanwezigheid niet hoefde te betwijfelen. Is dat niet het geval, dan is sprake van non-conformiteit en kan de koper onder meer herstel of vervanging van de afgeleverde zaak eisen, waarvan de kosten niet aan de koper in rekening kunnen worden gebracht (artikel 7:21 lid 1 en 2 BW).
4.3.
Tussen partijen is niet in geschil dat sprake was van vocht en viezigheid in de BCM-stekker waardoor de auto niet startte en dat er een lekkage in het koelsysteem was ontstaan. Partijen verschillen echter van mening over de vraag of deze gebreken reeds aanwezig waren bij aflevering van de auto.
4.4.
Omdat de koopovereenkomst is gesloten na 26 april 2022, is artikel 7:18a lid 2 BW van toepassing. [eiser] heeft als consument-koper op grond van dit artikel een wettelijke bescherming. Die bescherming houdt in dat als zich binnen een jaar (en niet een half jaar, zoals [eiser] stelt) na de aflevering een gebrek openbaart, wordt vermoed dat de zaak al bij de aflevering niet aan de overeenkomst beantwoordde, tenzij de aard van de zaak of de aard van de afwijking zich daartegen verzet. Niet gesteld of gebleken is dat sprake is van deze laatste uitzondering. In dit geval wordt daarom vermoed dat de auto bij de aflevering niet aan de overeenkomst heeft beantwoord, tenzij [bedrijf 1] anders aantoont. Het is aan hem om te stellen en te onderbouwen dat de auto bij aflevering wel aan de overeenkomst heeft beantwoord. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft hij dit gedaan. Daartoe is het volgende redengevend.
Geen non-conformiteit
4.5.
[bedrijf 1] heeft gesteld dat de auto niet zou hebben gefunctioneerd ten tijde van de aankoop als er reeds vocht in de BCM-stekker, die velerlei elektrische verbindingen bevat, aanwezig was. Ook betwist hij dat het defect in het expansievat bij de aflevering aanwezig was. Indien dat wel het geval was geweest, zou [eiser] niet in staat zijn geweest om met de auto te rijden tot 29 augustus 2024. De motor van de auto zou immers niet meer kunnen koelen door een gebrek aan druk in het systeem en lekkage van koelvloeistof, aldus [bedrijf 1]. [eiser] heeft dit niet, althans onvoldoende, betwist. Er valt dus naar het oordeel van de kantonrechter niet uit te sluiten dat de gebreken pas na het moment van levering zijn ontstaan. Daarnaast moet worden meegewogen dat aan [eiser] een tweedehandsauto van 11 jaar oud is geleverd, waarmee ten tijde van de koop 113.244 kilometer is gereden en waarvoor [eiser] een koopprijs van € 5.750,00 heeft betaald. Hij mocht als koper van een dergelijke tweedehandsauto accepteren dat zich bepaalde gebreken ten gevolge van deze eigenschappen en door gebruik van de auto kunnen voordoen.
4.6.
In het licht van de hiervoor geschetste omstandigheden kan niet worden geoordeeld dat sprake is van non-conformiteit. De vordering tot terugbetaling van de kosten verbonden aan de reparatie van de BCM-stekker en de expansiedop zal dan ook worden afgewezen.
Garantie
4.7.
Voor zover [eiser] heeft willen betogen dat hij er vanuit mocht gaan dat de reparatiewerkzaamheden zouden vallen onder de garantie, omdat [bedrijf 1] de auto heeft verwezen naar een garage van zijn keuze, gaat dit niet op vanwege onvoldoende onderbouwing.
Reparatie zonder toestemming
4.8.
[eiser] heeft onbetwist gesteld dat [bedrijf 2] zonder zijn toestemming onderdelen, zoals de accu, preventief heeft vervangen. Daarnaast blijkt uit het WhatsApp-bericht van [bedrijf 1] aan [eiser] dat de koelslang en koelvat ook preventief zijn vervangen (rechtsoverweging 2.5). De kosten van de koelleidingen zijn niet bij [eiser] in rekening gebracht, maar die van het koelvat en de accu wel. Van [eiser] kan in redelijkheid niet gevergd worden dat hij die kosten, waarover geen overleg met hem is gevoerd en waarvoor geen akkoord door hem is gegeven, dient te voldoen. Of er meer onderdelen preventief zijn vervangen is niet gesteld of gebleken. De vordering tot terugbetaling van enkel de kostenposten € 36,70 (exclusief BTW) voor het koelvat en
€ 135,00 (exclusief BTW) voor de accu wordt daarom toegewezen.
Schadevergoeding huurauto
4.9.
De kantonrechter begrijpt uit de stellingen van [eiser] dat hij € 400,00 aan schadevergoeding vordert, omdat hij niet over de auto kon beschikken vanwege de tekortkoming van [bedrijf 1] een auto te leveren die op 27 augustus 2024 gebreken vertoonde en dat [eiser] dientengevolge een vervangende auto heeft moeten huren.
4.10.
Op grond van artikel 7:24 en 6:74 BW heeft de koper jegens de verkoper recht op schadevergoeding als op grond van een consumentenkoop een zaak is afgeleverd die niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten, tenzij de tekortkoming de verkoper niet kan worden toegerekend. Nu hiervoor is overwogen dat de auto aan de koopovereenkomst beantwoordt, komt aan [eiser] geen vergoeding van zijn gevolgschade toe. De vordering tot betaling van € 400,00, die overigens op geen enkele wijze met stukken is onderbouwd, wordt daarom afgewezen.
Deurwaarderskosten
4.11.
[eiser] heeft verder een schadevergoeding van € 165,00 gevorderd wegens bemoeienissen van de deurwaarder.
4.12.
Artikel 241 Rv bepaalt dat ter zake van verrichtingen waarvoor de in de artikelen 237 tot en met 240 Rv bedoelde kosten een vergoeding plegen in te sluiten, zoals die ter voorbereiding van gedingstukken en ter instructie van de zaak, jegens de wederpartij geen vergoeding op grond van artikel 6:96, tweede lid, onder b en c BW kan worden toegekend, maar zijn alleen de regels betreffende proceskosten van toepassing. Dit artikel is niet van toepassing ter zake van kosten als bedoeld in artikel 6:96, vijfde lid BW.
4.13.
[eiser] heeft niet onderbouwd dat de bemoeienissen van de deurwaarder geen verrichtingen zijn waarvoor de in de artikelen 237 tot en met 240 Rv bedoelde kosten een vergoeding plegen in te sluiten. Er kan dan ook niet worden geconcludeerd dat de kosten van de verrichtingen van de deurwaarder op grond van artikel 6:96 lid 1 BW gevorderd kunnen worden. Verder is niet gesteld of gebleken dat er kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 5 BW zijn gemaakt. Dit deel van de vordering zal daarom worden afgewezen.
Proceskosten
4.14.
Omdat beide partijen gedeeltelijk ongelijk krijgen, zullen de proceskosten tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt [bedrijf 1] om aan [eiser] te betalen een bedrag van € 171,70 (exclusief BTW),
5.2.
compenseert de kosten van de procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
5.3.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J.M. van Breevoort en in het openbaar uitgesproken op
25 juni 2025.
46409/61525