ECLI:NL:RBGEL:2025:5351

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
19 juni 2025
Publicatiedatum
8 juli 2025
Zaaknummer
11549466
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontruiming van gehuurde woning wegens geluids- en andere overlast door huurder

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 19 juni 2025 uitspraak gedaan in een kort geding dat was aangespannen door Stichting Kleurrijk Wonen tegen De Rots Bewindvoering, die optreedt als financieel beschermingsbewindvoerder over de goederen van de huurder. De huurder, [de rechthebbende], veroorzaakte herhaaldelijk ernstige overlast, waaronder geluids- en stankoverlast door blaffende honden en het niet opruimen van hondenuitwerpselen. Ondanks eerdere afspraken en gedragsaanwijzingen, bleef de huurder tekortschieten in haar verplichtingen uit de huurovereenkomst. De rechtbank oordeelde dat de huurder toerekenbaar tekort was geschoten en dat de ontruiming van de woning gerechtvaardigd was. De belangen van een minderjarig kind, dat bij de huurder woont, werden meegewogen, maar de rechtbank oordeelde dat deze niet in de weg stonden aan de ontruiming. De Rots Bewindvoering werd veroordeeld tot ontruiming van het gehuurde binnen veertien dagen na betekening van het vonnis, met een minimum termijn van 15 september 2025. Daarnaast werd De Rots Bewindvoering veroordeeld in de proceskosten van Kleurrijk Wonen.

Uitspraak

RECHTBANKGELDERLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Arnhem
Zaaknummer: 11549466 \ VV EXPL 25-24 \ 44356 \ 498
Vonnis in kort geding van 19 juni 2025
in de zaak van
STICHTING KLEURRIJK WONEN,
gevestigd te Tiel,
eisende partij,
hierna te noemen: KleurrijkWonen,
gemachtigde: mr. M.J. Jeths,
tegen
DE ROTS BEWINDVOERING B.V. Q.Q. FINANCIEEL BESCHERMINGSBEWINDVOERDER OVER DE GOEDEREN VAN [de rechthebbende],
gevestigd te Ede,
gedaagde partij,
hierna te noemen: De Rots Bewindvoering,
gemachtigde: mr. M. Shaaban.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding inclusief producties van 13 maart 2025;
- de akte aanvullende producties van de zijde van KleurrijkWonen;
- de producties van de zijde van De Rots Bewindvoering;
- de akte aanvullende producties van de zijde van KleurrijkWonen bestaande uit een aantal geluidsfragmenten.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 24 maart 2025, waar KleurrijkWonen met haar gemachtigde, [de rechthebbende] en de gemachtigde van De Rots Bewindvoering zijn verschenen. De gemachtigde van De Rots Bewindvoering heeft het woord gevoerd aan de hand van spreekaantekeningen. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen tijdens de mondelinge behandeling is besproken.
1.3.
De mondelinge behandeling is vervolgens voortgezet op 7 april 2025, waar (naast bovengenoemde partijen) ook mevrouw [naam 1] van De Rots Bewindvoering en de heer [naam 2] (zorgconsulent) zijn verschenen. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen tijdens de mondelinge behandeling is besproken. Partijen hebben afspraken gemaakt over een allerlaatste kans voor [de rechthebbende] , met als voorwaarde dat zij geen overlast meer veroorzaakt en dat de hond [naam 3] niet meer in het gehuurde zal verblijven.
1.4.
Na afloop van deze mondelinge behandeling heeft KleurrijkWonen verzocht de procedure voort te zetten en heeft daartoe een viertal producties in het geding gebracht.
1.5.
Op 16 juni 2025 heeft wederom een mondelinge behandeling plaatsgevonden, waar KleurrijkWonen, met haar gemachtigde, en mevrouw [naam 1] namens De Rots Bewindvoering, met haar gemachtigde, zijn verschenen. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen tijdens de mondelinge behandeling is besproken.
1.6.
Vervolgens is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Bij beschikking van deze rechtbank van 1 juni 2015 zijn de (toekomstige) goederen van [de rechthebbende] wegens verkwisting of het hebben van problematische schulden per 4 juni 2015 onder bewind gesteld, met benoeming van [naam 1] tot bewindvoerder. Bij beschikking van 19 november 2019 van de rechtbank Gelderland, locatie Zutphen, is [naam 1] ontslagen als bewindvoerder, onder gelijktijdige benoeming van De Rots Bewindvoering als bewindvoerder.
2.2.
Sinds 14 juni 2019 huurt [de rechthebbende] van KleurrijkWonen de woning aan de [adres 1] (hierna: het gehuurde). De huurovereenkomst en de toepasselijke huurvoorwaarden zijn overgelegd als productie 2 bij dagvaarding.
2.3.
In de huurovereenkomst is, voor zover hier van belang, het volgende opgenomen:
2. Waarvoor is uw woning bestemd?
U en de leden van uw huishouding gebruiken uw woning als woonruimte.”
2.4.
In artikel 8 van de algemene huurvoorwaarden is, voor zover hier van belang, het volgende opgenomen:
Artikel 8. Hoe gebruikt u de woning?
(…)
Hoofdverblijf, onderverhuur, huisbewaarderschap en inwoning
U mag de woning niet onderverhuren of in gebruik geven aan iemand anders.
5. Het volgende is in, of in de directe omgeving van het gehuurde niet toegestaan:
- Het kweken van hennep, ongeacht de hoeveelheid.
- Het overtreden van de Opiumwet.
- Het plegen van andere strafbare feiten, die achteruitgang van het gehuurde (kunnen) veroorzaken of overlast aan omwonenden (kunnen) veroorzaken.
- prostitutie.
(…)
Gebruik buitenruimte van de woning
(…)
13. U mag geen gevaarlijke stoffen in of bij de woning opslaan. Bijvoorbeeld chemicaliën, vuurwerk, benzine of andere aardolieproducten. Dit geldt voor hoeveelheden groter dan wettelijk toegestaan en voor chemicaliën anders dan voor huishoudelijk gebruik.
(…)
Voorkomen van overlast
18. U voorkomt overlast of hinder voor omwonenden. Bij ernstige overlast laten wij de huurovereenkomst ontbinden en stellen wij u aansprakelijk voor eventuele schade. Onder overlast verstaan wij onder andere:
a. hard of hinderlijk geluid;
b. vervuiling van uw woning;
c. vervuiling van uw tuin of directe omgeving;
d. onvoldoende onderhoud van uw tuin;
e. onaangepast gedrag;
f. hennepkweek, drugshandel of drugsgebruik;
g. het uiten van dreigementen.”
2.5.
KleurrijkWonen ontvangt sinds 26 oktober 2022 klachten van omwonenden over door [de rechthebbende] of derden vanuit het gehuurde veroorzaakte overlast, bestaande uit het veroorzaken van structureel ernstige (geluids)overlast (waaronder het afspelen van harde muziek, luid praten, ruzies, lawaai van scooters en sleutelen daaraan en het houden van jankende en blaffende honden), het door een derde laten gebruiken van de schuur voor opslag van grondstoffen ten behoeve van de productie van drugs en het opslaan van gevaarlijke stoffen in de schuur en het veroorzaken van stankoverlast als gevolg van hondenuitwerpselen in de tuin.
2.6.
KleurrijkWonen heeft gepoogd hierover in gesprek te gaan met [de rechthebbende] (en omwonenden) door middel van de inschakeling van buurtbemiddeling. [de rechthebbende] heeft hieraan eind 2022 en begin 2023 geen medewerking verleend.
2.7.
Op 25 april 2023 hebben partijen een vrijwillige gedragsaanwijzing ondertekend(productie 7). Voor zover hier van belang, is in de gedragsaanwijzing het volgende opgenomen:
“(…)
Artikel 1. Erkenning
1.1.
Huurder erkent dat ze tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit hoofde van de huurovereenkomst, zoals onder meer in de overwegingen van deze gedragsaanwijzing is genoemd.
(…)
Artikel 3. Gedragsaanwijzingen
3.1.
Huurder zal aan omwonenden geen enkele overlast meer veroorzaken.
3.2.
Huurder zal er zorg voor dragen dat muziek waarvan ze weet dat het volume overlast (kan) veroorzaken altijd een koptelefoon gebruiken. Muziek op een normaal volume zal alleen gedraaid worden met gesloten deuren en ramen en tot uiterlijk 20.00 uur in de avond.
3.3.
Huurder zal de tuin van de woning niet gebruiken als uitlaatplek voor de honden. Mochten de honden van huurder toch onverhoopt poepen in de tuin dan zal dit direct worden opgeruimd. De honden worden drie maal per dag uit gelaten en niet langer alleen gelaten dan nodig.
3.4.
Huurder zal zoveel mogelijk voorkomen dat de honden blaffen. De honden krijgen een diervriendelijke blafband. Als uit meldingen of constateringen blijkt dat ook een blafband onvoldoende werkt dan zal huurder de hond(en) af staan.
3.5.
Huurder of andere personen in de woning zullen niet na 20.00 uur in de avond sleutelen aan scooters, brommers of auto’s en geluidsoverlast veroorzaken door de motoren van die voertuigen onnodig te laten lopen en / of onnodig gas te geven.
3.6.
Huurder dient rekening te houden met haar omgeving en dient zich in de contacten met omwonenden, medewerkers van verhuurder, hulpverleners en medewerkers van de politie, constructief en welwillend op te stellen.
(…)
Artikel 7. Ontbinding en ontruiming
7.1.
Als huurder tekortschiet in een van de in deze gedragsaanwijzing bepaalde verplichtingen of enige andere verplichting uit de huurovereenkomst of de wet, is huurder zonder nadere aankondiging of ingebrekestelling in verzuim en is verhuurder zonder meer gerechtigd de ontruiming van de woning en de ontbinding van de huurovereenkomst te bewerkstelligen.”
2.8.
Op 7 juli 2023 schrijft KleurrijkWonen aan [de rechthebbende] , voor zover hier van belang, het volgende (productie 12):
“Vandaag sprake ik u telefonisch over een aantal meldingen die bij KleurrijkWonen gedaan zijn en die betrekking hebben op overlast van uw blaffende honden.
U vertelde mij dat u zich bewust bent van het feit dat bij uw afwezigheid vooral de kleine hond blaft en niet meer stopt met blaffen. Volgens u gebeurt dit als er iemand aan belt of langs loopt. De grote hond zou volgens u janken omdat de kleine hond loops is.
Inmiddels heeft u de volgende maatregelen getroffen:
  • U sluit de gordijnen zodat er minder prikkels zijn voor de hond(en)
  • U heeft voor de kleine hond een zogenaamde blafband besteld
  • U onderhoud via whatsapp contact met uw achterbuurman
U geeft aan dat u zich bewust bent van de overlast die uw honden veroorzaken en beseft zich dat dit ongewenst is.
Ik heb u verteld dat uw achterbuurman met wie u contact via whatsapp heeft de contactpersoon is voor meerdere omwonenden die de overlast ervaren. Deze achterbuurman onderhoudt tevens de contacten met KleurrijkWonen voor zover het overlast betreft.
Ik heb er begrip voor dat geen van uw beide kinderen meer bij u wonen en dat er dus geen permanent toezicht is op de honden op de momenten dat u moet werken.
Wel heb ik verteld dat, indien de bovengenoemde maatregelen niet blijken te werken, er mogelijk verdere maatregelen genomen moeten worden. Dit zou bijvoorbeeld het zoeken naar opvang voor de honden kunnen zijn en, om instinctief gedrag van de honden te voorkomen kunnen bestaan uit castratie / sterilisatie.
Op dit moment hebben wij afgesproken eerst te gaan kijken of de maatregelen die u nu neemt of genomen hebt voldoende zijn om verdere overlast te voorkomen.
Ik wil u er nog wel op wijzen dat er in de door u ondertekende gedragsaanwijzing van 25 april 2023 afspraken staan betreffende overlast waar u zich aan dient te houden. Bij het niet nakomen van deze en bovengenoemde afspraken bestaat de mogelijkheid dat KleurrijkWonen genoodzaakt is juridische stappen te nemen.”
2.9.
Op 6 maart 2024 is een geluidsmeter geplaatst bij de buren van [de rechthebbende] . Uit het rapport van de geluidmeter blijkt dat er sprake is van onrechtmatige geluidsoverlast en er sprake is van overschrijding van decibellen.
2.10.
Op 30 april 2024 heeft KleurrijkWonen [de rechthebbende] gesproken over de aanhoudende overlast.
2.11.
Op 5 mei 2024 zijn partijen in aanvulling op artikel 3.2. van de gedragsaanwijzing het volgende overeengekomen (productie 9):
Artikel 3.2.a.
Muziek zal zowel door u, als door uw medebewoners alleen worden afgespeeld op een zeer laag volume. Een zeer laag volume betekent dat de muziek niet harder staat dan het geluid van mensen die zachtjes praten. Als huurder en/of medebewoners hardere muziek willen luisteren, maken zij gebruik van een koptelefoon.”
2.12.
Op 21 november 2024 is door KleurrijkWonen aan [de rechthebbende] , voor zover van belang, het volgende geschreven (productie 12):
“(…) Na 30 april 2024 hebben wij nog 14 meldingen van overlast ontvangen. Daarnaast kan de schilder de achtergevel van uw woning niet schilderen vanwege de hondenontlasting in uw achtertuin.
Juridische procedure
U houdt zich niet aan de gedragsaanwijzing. Ook na mijn laatste waarschuwing in april 2024 bent u niet gestopt met het veroorzaken van overlast. Dat betekent dat wij een juridische procedure gaan opstarten met als doel het ontbinden van uw huurovereenkomst en het ontruimen van uw woning.”
2.13.
Op 3 december 2024 ontvangt KleurrijkWonen een brief van de burgermeester van [woonplaats] waarin staat geschreven dat hij op 21 november 2024 een bestuurlijke rapportage van de politie heeft ontvangen, waarin het volgende bevonden werd (productie 3):
“Op woensdag 20 november 2024 werden er in een losstaande schuur, behorende bij de woning aan de [adres 1] , attributen aangetroffen die gebruikt worden bij het produceren van harddrugs. De volgende zaken werden aangetroffen:
- 1 x Pillenpersmachine of tabletteermachines
- 2x Grote glazen laboratorium bollen
- 1x verwarmingselement tbv bovengenoemde glazen bollen
- 4x Jerrycan 20 liter, Zoutzuur, CAS 7647-01-0
- 1x Jerrycan 20 liter, Formamide, CAS 75-12-7
- 2x zakken 25 kilo, Caustic Soda Pearls
Het is de politie ambtshalve bekend dat zoutzuur, formamide en caustic soda als grondstoffen kunnen worden gebruikt bij de productie van harddrugs, bijvoorbeeld MDMA. De hoofdbewoonster is aangemerkt als verdachte van artikel 10a van de Opiumwet.”
2.14.
Op 17 december 2024 heeft KleurrijkWonen hierover met [de rechthebbende] gesproken. Hiervan is een gespreksverslag gemaakt (productie 4). In dit gespreksverslag is onder meer opgenomen dat “
ze iemand geholpen had met verhuizen”en dat
“ze niet wist wat er in die dozen zat en dat ze daar ook niet naar had gevraagd of in die dozen had gekeken omdat dit privé was.”
2.15.
Naar aanleiding van dit gesprek heeft [de rechthebbende] de huur opgezegd tegen 28 februari 2025. Op 28 december 2024 heeft De Rots bewindvoering te kennen gegeven niet in te stemmen met de huuropzegging.
2.16.
Tot en met begin april 2025 heeft KleurrijkWonen overlastklachten van omwonenden ontvangen.
2.17.
Op 7 april 2025 hebben partijen afspraken gemaakt over een allerlaatste kans van mevrouw [de rechthebbende] . Onderdeel van die afspraak was onder andere dat de hond [naam 3] niet meer in het gehuurde zou verblijven en dat [de rechthebbende] geen overlast meer zou veroorzaken.
2.18.
Ook na 7 april 2025 ontvangt KleurrijkWonen overlastklachten van omwonenden.

3.Het geschil

3.1.
KleurrijkWonen vordert samengevat - ontruiming van het gehuurde aan [adres 1] , met veroordeling van De Rots Bewindvoering in de nakosten.
3.2.
KleurrijkWonen legt aan haar vorderingen ten grondslag dat [de rechthebbende] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit hoofde van de huurovereenkomst en de daarop van toepassing zijnde algemene huurvoorwaarden door structureel ernstige geluidsoverlast te veroorzaken (waaronder het afspelen van harde muziek, luid praten, ruzies, het houden van jankende en blaffende honden en (tot laat) sleutelen aan scooters), de schuur behorende bij het gehuurde door een derde te laten gebruiken om grondstoffen voor het produceren van drugs op te slaan, gevaarlijke stoffen op te slaan in de schuur en de hondenuitwerpselen in de tuin niet op te ruimen (hetgeen leidt tot stankoverlast). Partijen zijn hiertoe op 25 april 2023 een vrijwillige gedragsaanwijzing overeengekomen, welke op 5 mei 2024 is aangevuld met aanvullende afspraken. Tijdens de mondelinge behandeling van 7 april 2025 hebben partijen wederom afspraken gemaakt om een ontruiming te voorkomen. Ook deze afspraken zijn door [de rechthebbende] niet nagekomen, zodat KleurrijkWonen belang heeft bij de ontruiming van het gehuurde.
3.3.
De Rots Bewindvoering voert verweer. Hierop wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Het spoedeisend belang volgt uit de stellingen van KleurrijkWonen.
4.2.
In kort geding is een vordering tot ontruiming van het gehuurde slechts toewijsbaar als voldoende aannemelijk is dat de bodemrechter een vordering tot (ontbinding en) ontruiming op grond van hetzelfde feitencomplex eveneens zal toewijzen, en van de verhuurder niet kan worden gevergd dat zij de uitkomst van de bodemprocedure afwacht.
4.3.
Artikel 6:265 lid 1 BW bepaalt dat iedere tekortkoming van een partij in de nakoming van zijn verbintenissen, aan de wederpartij de bevoegdheid geeft om de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te (doen) ontbinden, tenzij de tekortkoming gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt. De hoofdregel en de tenzij-bepaling brengen tezamen de materiële rechtsregel tot uitdrukking dat, kort gezegd, slechts een tekortkoming van voldoende gewicht recht geeft op (gehele of gedeeltelijke) ontbinding van de overeenkomst (HR 28 september 2018, ECLI:NL:HR:2018:1810). Ten aanzien van de stelplicht en bewijslast brengt de structuur van hoofdregel en tenzij-bepaling in de systematiek van het BW echter wel mee dat de schuldeiser moet stellen en zo nodig bewijzen dat sprake is van een tekortkoming aan de zijde van de schuldenaar (en in voorkomend geval dat voldaan is aan de eis van art. 6:265 lid 2 BW dat de schuldenaar in verzuim is), en dat het aan de schuldenaar is om de omstandigheden te stellen en zo nodig te bewijzen die zien op toepassing van de tenzij-bepaling. Bij beantwoording van de vraag of de ontbinding gerechtvaardigd is, kunnen alle omstandigheden van het geval van belang zijn.
4.4.
De kantonrechter is van oordeel dat [de rechthebbende] tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichting zich te gedragen als goed huurder (artikel 7:213 BW), in strijd heeft gehandeld met het verbod overlast te veroorzaken (artikel 8 van de algemene huurvoorwaarden), in strijd heeft gehandeld met de afspraken in de gedragsaanwijzing van 25 april 2023, de aanvulling op de gedragsaanwijzing van 5 mei 2024 en de tijdens de mondelinge behandeling van 7 april 2025 tussen partijen gemaakte afspraken). Uit de op
10 juni 2025 door KleurrijkWonen overgelegde producties blijkt voldoende dat de hond [naam 3] nog steeds of weer in het gehuurde verblijft, dat op wisselende tijdstippen sprake is van geluidsoverlast vanuit het gehuurde en uit de overgelegde foto’s blijkt dat de uitwerpselen van de honden in de tuin niet worden opgeruimd en. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de bewindvoerder laten weten dat wel pogingen zijn ondernomen om de overlast veroorzakende hond [naam 3] elders onder te brengen maar die pogingen niet zijn gelukt. Dat er en welke pogingen zijn ondernomen is niet voldoende met stukken onderbouwd. Maar wat daar ook van zij; het was een duidelijke voorwaarde in het kader van de laatste kans dat hond [naam 3] niet meer in de woning zou verblijven en die voorwaarde is geschonden. En hoewel de bewindvoerder heeft aangevoerd dat [de rechthebbende] tegen haar heeft gezegd dat zij wel dagelijks de hondenpoep in de tuin opruimt, bewijzen de overgelegde foto’s het tegendeel. Het ligt behoorlijk vol met uitwerpselen en die hoeveelheid is niet van een of enkele dagen. Nu [de rechthebbende] hiermee de voorwaarden die aan de laatste kans die haar geboden is heeft overtreden, is er sprake van een zodanige tekortkoming dat die naar verwachting de ontbinding van de huurovereenkomst in en bodemprocedure zal rechtvaardigen. Gelet op het spoedeisend belang dat Kleurrijk Wonen heeft, zal de ontruiming daarom worden toegewezen. De ter zitting opnieuw gevoerde discussie over het al dan niet veroorzaken van geluidsoverlast door de dochter van [de rechthebbende] kan in het kader van de tekortkomingen verder onbesproken blijven.
4.5.
Bij de beoordeling van de vordering tot ontruiming is ook het belang van de minderjarige dochter van [de rechthebbende] meegewogen (artikel 3 van het Internationaal
Verdrag inzake de Rechten van het Kind). In dit concrete geval leidt de enkele aanwezigheid van de minderjarige dochter niet tot afwijzing van de ontruimingsvordering. Naast het feit dat het in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van de ouders en/of verzorgers is om de nadelige gevolgen van een ontruiming voor hun kinderen zoveel mogelijk te beperken, is in aanmerking genomen dat KleurrijkWonen tijdens de laatste mondelinge behandeling heeft aangegeven de nodige zorg te betrachten bij de ontruiming. Daarbij leeft ook de gedachte dat hulpverlenende instanties in geval van een ontruiming meer prioriteit geven aan de zorg voor [de rechthebbende] en haar dochter. Verder heeft te gelden dat KleurrijkWonen als verhuurder niet alleen een verantwoordelijkheid heeft jegens [de rechthebbende] , maar ook jegens omwonenden. Zij heeft op verschillende manieren geprobeerd om [de rechthebbende] te bewegen tot aanpassing van haar gedrag en heeft haar veel (laatste) kansen geboden. Deze pogingen zijn echter tevergeefs geweest en er is ook geen zicht op verbetering.
4.6.
Gelet op het voorgaande zal de kantonrechter de vordering van KleurrijkWonen toewijzen en De Rotsbewindvoering in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [de rechthebbende] veroordelen tot ontruiming van het gehuurde. Daarbij is de kantonrechter van oordeel dat een ontruiming op een langere termijn dan de gebruikelijke termijn wenselijk is. De ontruimingstermijn wordt daarom vastgesteld op veertien dagen na betekening van dit vonnis, met dien verstande dat de ontruiming niet eerder plaatsvindt dan 15 september 2025.
4.7.
De Rots Bewindvoering is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van KleurrijkWonen worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
147,42
- griffierecht
135,00
- salaris gemachtigde
814,00
- nakosten
135,00
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
1.231,42

5.De beslissing

De kantonrechter,
5.1.
veroordeelt De Rots Bewindvoering om binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis, maar niet eerder dan 15 september 2025, het gehuurde aan [adres 1] te ontruimen met alle daarin aanwezige personen en zaken, tenzij deze zaken van KleurrijkWonen zijn, en de sleutels af te geven aan KleurrijkWonen,
5.2.
veroordeelt De Rots Bewindvoering in de proceskosten van € 1.231,42, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als De Rots Bewindvoering niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.W. de Groot en in het openbaar uitgesproken op 19 juni 2025.